Een meerderheid in de Tweede Kamer vindt dat er in de hele horeca niet meer mag worden gerookt. PvdA, CDA, D66, GroenLinks, SGP en Partij voor de Dieren schaarden zich dinsdag achter het voorstel van de ChristenUnie.
VVD, SP, PVV en 50Plus zijn tegen. Zij vinden dat de eigenaren van kleine kroegjes zelf wel kunnen beslissen of er wordt gerookt, aangezien er in deze eenmanszaakjes geen personeel beschermd hoeft te worden tegen de gevolgen van meeroken.
Uitzondering
Het vorige kabinet van VVD en CDA met gedoogsteun van de PVV zonderde de kleine kroegjes uit van het rookverbod, ook al omdat die geen aparte rookruimte konden inrichten. VVD en PVV zitten nog steeds op die lijn. Het CDA is inmiddels voor een algeheel verbod, net als de PvdA, de huidige coalitiegenoot van de VVD.
Kamerlid Carla Dik-Faber (ChristenUnie) is tevreden met deze duidelijke uitspraak van de Kamer waarmee volgens haar wordt teruggekeerd naar de oorspronkelijke bedoeling van de wet, namelijk een 100 procent rookvrije horeca. Ze wil snel weten wat het kabinet gaat doen.
Jongeren
Dik-Faber vindt dat zeker jongeren in uitgaansgelegenheden niet moeten meeroken of in de verleiding worden gebracht te gaan roken. PvdA-Kamerlid Myrthe Hilkens is het daar mee eens. Hilkens wil later proberen de insteek van de wet aan te passen, zodat iedereen wordt beschermd tegen de gevolgen van meeroken en niet alleen horecapersoneel.
Betuttelend
De CDA-jongeren vinden een algeheel rookverbod betuttelend en onnodig. Arrie Vis, voorzitter CDJA: “Wij hebben altijd gevonden dat roken bijzonder slecht is voor de volksgezondheid, maar dit overheidsingrijpen zal hier geen positieve bijdrage aan leveren. Handhaven en steviger aanpakken is noodzakelijk voor een betere volksgezondheid, een verbod totaal niet.”
In de kleine stamkroegjes moeten de vaste, vaak oudere vaste gasten gewoon hun rokertje kunnen opsteken, aldus het CDJA dat het krom vindt dat een kroegeigenaar nu wordt beschermd tegen zijn eigen gewoontes. (ANP)