Volledige overheveling van de jeugdhulp naar de gemeenten is een bedreiging voor goede zorg aan kinderen. Met name de medische zorg voor jeugdigen dreigt in de nieuwe opzet onder te sneeuwen. Dat stelt Lode Wigersma, algemeen directeur van de KNMG, tegenover MedNet.
Volgens Wigersma heeft het nieuwe jeugdstelsel geen aandacht voor integrale medische zorg en is er zelfs geen plaats voor de jeugdarts. Wigersma wijst in dit verband op de verhuizing van de jeugd-ggz naar de gemeenten. “Een stuk wordt uit de medische zorg geknipt; hoe kan je het bedenken”, aldus de KNMG-directeur in MedNet.
Ontzorgen
In het wetsvoorstel Jeugdwet, dat bij de Tweede Kamer is ingediend, staat dat ieder kind gezond en veilig opgroeit en kan functioneren in de samenleving, waarbij in de eerste plaats wordt uitgegaan van de verantwoordelijkheid van de ouders en de ondersteuning van het gezin en de sociale omgeving. Als dit niet gaat, komt de overheid in beeld. Het nieuwe stelsel moet jongeren minder snel medicaliseren, moet meer “ontzorgen en normaliseren”. Voor kwetsbare kinderen moet eerder hulp op maat beschikbaar komen, die passend en integraal is met één regisseur per gezin.
Twijfel
“Klinkt mooi, maar veel deskundigen twijfelen of alle gemeenten dit kunnen realiseren”, zegt Wigersma. “Zeker nu er al zoveel extra zorgtaken op de gemeenten afkomen, en de financiële middelen ook nog eens afnemen. Veel gemeenten zijn hier niet op berekend. We houden ons hart vast voor veel jongeren die hulp nodig hebben.”
Vergeten
Volgens Wigersma fragmenteert de nieuwe opzet de jeugdzorg juist en ontbreekt de verbinding tussen de jeugdhulp en medische zorg voor jongeren. “De jeugdgezondheidszorg is geen onderdeel van de Jeugdwet, maar valt onder de Wet Publieke Gezondheid. De jeugdarts mag straks een landelijk preventiepakket aanbieden aan alle jeugdigen tot 18 jaar, en mag verwijzen naar de niet-medische jeugdhulp, evenals andere artsen. Het wetsvoorstel lijkt alleen te gaan over gedrags-, psychische, verstandelijke en opvoedproblemen, maar vergeet de medische aspecten. Terwijl die juist vaak integraal onderdeel zijn van de problematiek van jeugdigen.”
Ook aan de samenwerking tussen jeugdarts en behandelend artsen zoals huisarts, psychiater en kinderarts wordt in de nieuwe opzet volgens Wigersma te weinig aandacht besteed.