Verzekeraars vangen elkaar vliegen af over de inkoop van zorg op basis van kwaliteit. Dat blijkt uit de reacties op het bericht dat VGZ de kwaliteit vijftien typen zorg heeft geanalyseerd.
VGZ claimt de eerste verzekeraar te zijn die de kwaliteit van een dergelijk groot aantal zorgtypen analyseerde. Vandaag publiceerde de verzekeraar een persbericht over de kwaliteitsverschillen die tussen ziekenhuizen optreden bij heupvervangingen. In totaal keek de verzekeraar naar de de zorg rondom de vijftien meest voorkomende aandoeningen. Naast heupvervangingen, gaat het dan onder meer om knievervangingen, cataract en een aantal oncologische aandoeningen.
De verzekeraar is nu met de ziekenhuizen in overleg over de resultaten. Instellingen die (op onderdelen) slecht scoren, moeten dat toelichten en eventueel verbetermaatregelen doorvoeren. Daarnaast zullen de analyses van de vijftien zorgtypen een rol gaan spelen bij de zorginkoop, zegt een woordvoerder.
Indicatoren
Ook Achmea heeft de kwaliteit van specifieke zorgtypen in kaart gebracht. Volgens Margot Smits, medisch adviseur bij het concern, gaat het om zeven typen zorg. Dan gaat het naast heupvervangingen ook om diabetes en nierfalen. Smits: “Als het gaat om de heup- en knievervangingen, dan gebruiken we grotendeels dezelfde indicatoren als VGZ.”
Verschillen zijn er wel. Zo nam Achmea andere indicatoren mee, waaronder het vervangen van genoemde gewrichten bij jonge patiënten (te vroeg opereren). En anders dan VGZ, vond Achmea het gebruik van trombosemedicatie ‘niet onderscheidend’. “Die hebben wij dus weggelaten.”
Selectieve inkoop
Ook Smits merkt dat het belangrijk is om met de ziekenhuizen over de gevonden resultaten in gesprek te gaan. Zo kunnen instellingen verschillend scoren doordat ze een andere populatie hebben, maar ook door tijdelijke oorzaken. Zo kan het zijn dat een instelling tijdelijk slechter scoort doordat een paar specialisten zijn vertrokken.
De medisch adviseur van Achmea kan niet vaak genoeg benadrukken dat haar werkgever al sinds 2009 kwaliteitsbenchmarks maakt. Uit een reactie van CZ blijkt dat ook die verzekeraar zich graag als voorloper presenteert. Zo wijst de woordvoerder erop dat CZ in 2010 nog werd verguisd vanwege de borstkankerlijst. “Maar kijk nu, we zijn een aantal jaren verder en het fenomeen ‘selectieve inkoop’ is algemeen geaccepteerd en we werken steeds meer samen met beroepsverenigingen om normen op te stellen,” aldus CZ.
Langzaam
Toch is opvallend dat drie van de vier grote zorgverzekeraars nog altijd voor slechts een handvol aandoeningen de kwaliteit van zorg hebben geanalyseerd. Sinds de introductie van de Zorgverzekeringswet (Zvw) in 2006 hebben verzekeraars de verplichting om zorg in te kopen op basis van doelmatigheid en kwaliteit. In geval van CZ gaat het om zes typen zorg waarover met ziekenhuizen kwaliteitsafspraken worden gemaakt. Nog altijd is dat borstkanker, maar bijvoorbeeld ook de behandeling van etalagebenen en schisis, in de volksmond een hazenlip geheten.
Margot Smits van Achmea vindt dat niet te sceptisch mag worden gedaan. “Toen in 2006 de Zvw werd geïntroduceerd, hadden we heel weinig informatie voorhanden. Er komt nu steeds meer relevante informatie over kwaliteit, veiligheid en doelmatigheid tot onze beschikking. Het is een proces waar we midden in zitten en het gaat steeds sneller.”
Andere criteria
Ook VGZ legt de nadruk op wat goed gaat. En bovendien: dat VGZ pas dit jaar de zorg voor vijftien aandoeningen analyseerde, wil niet zeggen dat het bedrijf voorheen niet over kwaliteitsinformatie beschikte. De woordvoerder: “We hadden wel degelijk zicht op kwaliteit, bijvoorbeeld op basis van gegevens van Zichtbare Zorg, informatie over hersteloperaties en rapporten over praktijkvariatie. Op het vlak van deze vijftien aandoeningen kunnen we nu op een veel gedegener manier inkopen. Dat is inderdaad nieuw.”
Smits wijst er daarnaast op dat inkopen op kwaliteit meer is dan alleen kijken naar specifieke zorg. “Je kunt ook afspraken maken over de organisatie. Wij verplichten bijvoorbeeld de aanwezigheid van een veiligheids- en een kwaliteitsmanagementsysteem.”
Menzis was dinsdagmiddag niet bereikbaar. (Daan Marselis)