Het College van burgemeester en wethouders van Amsterdam gaat onderzoeken of de verwerking van persoonsgegevens van kinderen binnen het nieuwe jeugdstelsel goed geregeld is en houdt daarvoor een zogenaamde ‘privacyschouw’. Ouders worden nadrukkelijk meegenomen in dit onderzoek.
Op verschillende momenten moet in de nieuwe organisatie van de jeugdzorg privacygevoelige informatie worden overgedragen. Het gaat bijvoorbeeld om dossieroverdracht wanneer de Ouder- en Kindteams doorverwijzen naar specialistische hulp. Als het goed is, wordt alleen die informatie vastgelegd die noodzakelijk is voor de hulp aan het kind en voor een rechtmatig verloop van het proces. Omdat het soms om hele gevoelige informatie gaat, is het van belang dat de opslag en overdracht van deze gegevens nauwkeurig gebeurt.
Amsterdam gaat onderzoeken hoe de nieuwe situatie in de praktijk werkt. De gemeente wil weten: “Werken de richtlijnen en regels voor het vastleggen en delen van dossiergegevens? Weet iedereen hoe ze om moeten gaan met de gegevens? En worden ouders wel voldoende geïnformeerd over wie inzage heeft in het dossier van hun kind?” De privacytoets moet dit najaar gaan leiden tot een rapportage met aanbevelingen.
Lacune in de Jeugdwet
Het College bescherming persoonsgegevens constateerde in maart al dat er een lacune in de Jeugdwet zit. Naar aanleiding daarvan riep het Nederlands Instituut van Psychologen de ministers Van der Steur (Justitie) en Schippers (VWS) en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten op om zo spoedig mogelijk een voorlopige werkregeling in te stellen, om de privacy van de cliënt en het beroepsgeheim van de zorgaanbieders binnen de Jeugdwet te garanderen.