Beginnende huisartsen die goodwill moeten betalen om een praktijk over te nemen, worden op kosten gejaagd en beperkt in hun keuze waar zich te vestigen. Om deze redenen laat minister Edith Schippers (VWS) de juridische mogelijkheden onderzoeken om goodwill tegen te gaan.
Schippers schrijft dit in een brief aan de Tweede Kamer naar aanleiding van een onderzoek naar goodwill door het bureau ZorgmarktAdvies.
Goodwill is een extra bedrag dat bovenop de overnameprijs komt voor een huisartsenpraktijk, bijvoorbeeld voor de patiënten. Hiertegen is in het verleden een fonds in het leven geroepen met publieke middelen. “Deze inspanning lijkt als de goodwill-praktijk nu opnieuw opduikt voor niets geweest”, stelt Schippers. De praktijk is sinds 2007 of 2008 weer bezig aan een opmars, volgens ZorgmarktAdvies.
Randstad
Het onderzoeksbureau schat in dat bij 30 tot 40 procent van de praktijkoverdrachten goodwill wordt betaald. Een belangrijk deel hiervan heeft betrekking op praktijkovernames in de Randstad, volgens ZorgmarktAdvies. Buiten de Randstad zou goodwill veel minder vaak voorkomen. Het gemiddelde bedrag dat een beginnende huisarts betaalt aan goodwill, is rond de 60.000 euro, al zijn er ook uitschieters naar 100.000 euro.
De onderzoekers stellen dat goodwill geen prijsopdrijvend effect heeft. Ook stellen ze dat de praktijk positieve effecten zou kunnen hebben, bijvoorbeeld omdat het een blijvende investeringsbereidheid van huisartsen kan bevorderen. Goodwill heeft volgens de onderzoekers ook nadelen. Zo is er het risico dat een opvolgende huisarts gekozen wordt op basis van het bedrag dat men voor de goodwill wil betalen en minder op basis van zijn kwaliteit en in hoeverre hij of zij past bij de patiëntenpopulatie en andere zorgverleners.
Ongewenst
Schippers vindt het betalen van goodwill in de huisartsenzorg “ongewenst, ongeacht de omvang”. Dat goodwill ook positieve effecten kan hebben vind ze “niet overtuigend”. Haar voornaamste bezwaar betreft het feit dat jonge huisartsen “op kosten worden gejaagd en beperkt worden in hun keuze waar zich te vestigen”. Bovendien kost goodwill afkopen “gewoon geld” van huisartsen wat zij weer terug zullen willen verdienen. “Ik zou liever zien dat als huisartsen investeringen doen, ze dit doen in kwaliteit van zorg en niet in goodwill.”
Omdat de eerste signalen over juridische mogelijkheden om goodwill tegen te gaan “niet op voorhand optimistisch” stemmen, laat Schippers haar ambtenaren ook kijken naar alternatieve beleidsmaatregelen.