Wie de brief van de staatssecretaris over de hervorming van de langdurige zorg leest, moet opgevallen zijn dat de staatssecretaris rechten vervangt door voorzieningen, forse bezuinigingen doorvoert en veel verwacht van de betrokken samenleving.
Maar het blijft stil bij de vraag hoe hij actief bevordert dat die samenleving dit ook waar kan maken. Een groter beroep op de zelfredzaamheid en eigen kracht van mensen en hun sociaal netwerk gaat niet vanzelf.
Samenleving
Uit de rondetafelgesprekken van de Tweede Kamer over de plannen van de staatssecretaris blijkt dat de vertegenwoordigers van cliënten, ouderen, mantelzorgers en vrijwilligers over het algemeen een positieve grondhouding hebben. Zij verwachten van de staatssecretaris echter wel een visie op de ‘civil society’ en benadrukken dat het om mensen gaat en niet om systemen. Daarom is het nodig om bij de voorbereiding en implementatie van de hervorming van de langdurige zorg niet alleen over maar vooral ook met de betrokken burgers en hun vertegenwoordigers te spreken.
Breed draagvlak
Om die positieve grondhouding van de belangenorganisaties om te zetten in een breed draagvlak voor de hervorming van de langdurige zorg, is het nodig dat de staatssecretaris een visie ontwikkelt op kwetsbare burgers in een betrokken samenleving. Dan is het nodig dat hij daarover met hen in gesprek gaat en daar ook handen en voeten aan geeft. Concreet, door niet te tornen aan de compensatieplicht, omdat er grenzen zijn aan wat kwetsbare burgers met hun netwerk zelf kunnen. Door meer eigen regie en een grotere inspraak van burgers in de (lokale) beleidsontwikkeling. Door een goed samenspel tussen informele en formele zorg mogelijk te maken en onafhankelijke en (waar nodig) professionele ondersteuning als basisvoorziening voor kwetsbare burgers, mantelzorgers en vrijwilligers te garanderen.
Zorgvuldigheid
De staatssecretaris zal dan nog moeten beseffen dat zijn betrokken samenleving niet morgen een feit is. Tijd mag niet de vijand zijn van de zorgvuldigheid. Dat vraagt om wettelijke waarborgen, goede informatievoorziening en een realistisch tijdspad. En dat vraagt om een breed gedragen transitieplan met passende overgangsregelingen, een vinger aan de pols en een stevig vangnet. Omdat het om mensen gaat …
Jan de Vries
Directeur MEE Nederland
www.twitter.com/jandevries_