De betrokkenheid en inzet van hulpverleners is de belangrijkste succesfactor bij het implementeren van internet binnen het zorgproces. Dat blijkt uit een onderzoek dat stichting E-hulp.nl onlangs uitvoerde.
Aan het onderzoek deden 101 respondenten mee die allen betrokken zijn geweest bij de voorbereiding en/of uitvoering van e-health projecten. Het belang van bovenstaande succesfactor wordt breed gedragen. Zowel opdrachtgevers, projectleiders als projectmedewerkers zetten ‘m op nummer één. Maar hoe betrek je die medewerkers er bij?
Weerstand
Vaak wordt beweerd dat hulpverleners weerstand hebben tegen het gebruik van internet binnen de hulpverlening. Bij een goede implementatiestrategie valt dat echter reuze mee. Zo ervaren de meeste behandelaars in hun privéleven dagelijks de voordelen van internet. Ook begrijpen ze best dat het voor veel cliënten met psychische problemen heel onhandig is om iedere keer een smoes te moeten verzinnen op het werk om eerder weg te kunnen. Het benadrukken van dergelijke punten richting hulpverleners is de eerste stap bij het implementeren van online hulpverlening.
Meedenken
Vervolgens is het belangrijk dat hulpverleners mee denken over de herinrichting van het zorgproces. Welke activiteiten kunnen het best face-to-face plaatsvinden en welke online? Door daarbij de cliënt centraal te stellen blijven alleen waarde-toevoegende activiteiten over, waarbij diezelfde cliënt ook nog eens online meer zelf gaat doen. Dat kostenbesparing een gevolg daarvan is mag duidelijk zijn.
Kostenbesparing
Helaas wordt in deze tijd van noodzakelijke bezuinigingen kostenbesparing soms als primair doel gesteld bij het implementeren van e-health. En dan komt vaak de weerstand bij de medewerkers om de hoek. Ze krijgen het gevoel dat van bovenaf wordt opgelegd dat het aantal face-to-face contacten moet verminderen en zijn bang voor verschraling van de behandeling.
Zorginhoudelijke argumenten
Een onderzoek naar het implementeren van internethulpverlening binnen de ggz-instelling Dimence laat zien dat hulpverleners veel sneller vallen voor zorginhoudelijke argumenten dan financiële. Terwijl sleutelfiguren met een managementfunctie als voordeel van e-health noemen dat het zorgt voor bezuinigingen, benadrukken betrokkenen met een hulpverlenende functie voordelen die gelden voor de patiënt, zoals het gemak dat men vanuit huis aan de slag kan. Een onderzoek onder 266 hulpverleners van dezelfde instelling laat zien dat van de twaalf genoemde voordelen van e-health, het argument dat het tot efficiënter werken leidt, de hulpverleners het minst aanspreekt.
Beter zorgproces
Hulpverleners willen heel graag meedenken hoe ze met inzet van internet het zorgproces voor de cliënt kunnen verbeteren. Ook bij het implementeren van e-health geldt: medewerkers willen wel veranderen, maar niet veranderd worden. En zeker niet op basis van alleen financiële argumenten.
Frank Schalken
Directeur stichting E-hulp.nl