De overheveling van de jeugdhulp naar de gemeenten verloopt niet rimpelloos. Jeugdhulpaanbieders komen in de problemen doordat allerlei kinderziekten niet snel genoeg worden overwonnen, stelt de instantie die de overheveling begeleidt.
Volgens deze Transitieautoriteit Jeugd (TAJ) is er brede steun voor de overgang van de jeugdhulp naar gemeenten. Die moet er ook voor zorgen dat er minder vaak dure specialistische hulp wordt ingeschakeld en er dus geld overblijft. Maar die besparingen laten nog op zich wachten, terwijl er al wel bezuinigingen op jeugdhulp zijn ingeboekt. Er is tijdelijk wat extra geld nodig om de overgang te doen slagen.
Hardnekkig
Ook op andere punten zijn de problemen “hardnekkig”, stelt TAJ in de jaarrapportage die op 30 maart is verschenen. Hulpverleners die met veel verschillende gemeenten werken, hebben vaak met allerlei verschillende contracten en regelingen te maken. Dat kost hun geld en energie. De gemeenten moeten voortaan dezelfde regels gebruiken, vindt de TAJ. Als dat er niet van komt, moet het Rijk die maar opleggen.
Bovendien betalen gemeenten soms achteraf, waardoor jeugdhulpaanbieders krap bij kas komen te zitten. Zij hebben hun diensten soms toch al te goedkoop aangeboden. Twee op de vijf aanbieders kampen door dat alles met financiële problemen. Een op de vijf verleners van specialistische jeugdhulp verwacht zelfs acute betalingsproblemen. Als er niets verandert, dreigen aanbieders om te vallen of zich terug te trekken zodat sommige gebieden straks van jeugdhulp zijn verstoken, waarschuwt de TAJ. De verantwoordelijkheid voor de jeugdhulp is per 1 januari 2015 overgedragen aan de gemeenten. (ANP)