colored child abacus on money fond
Gemeenten houden minder geld uit de Wmo-pot over dan tot op heden is aangenomen. De conclusie dat gemeenten massaal geld op de plank laten liggen kan niet uit de beschikbare cijfers worden afgeleid.
Dat constateert adviesbureau Andersson Elffers Felix (AEF) in het ‘Eindrapport financiële cijfers sociaal domein 2015’. Volgens AEF is er een vertekend beeld ontstaan doordat in eerdere berekeningen van onder meer het CBS niet de werkelijke inkomsten zijn verdisconteerd, maar de bedragen zoals die naar voren komen uit de verdeelmodellen in het gemeentefonds. Deze wijken volgens AEF sterk af van de gemeentelijke realiteit.
Bovendien gaat het om samengestelde bedragen, waarin zowel de nieuwe taken in het kader van de decentralisatie als al bestaande taken zijn gecombineerd. Daarmee geven deze cijfers geen inzicht in de specifieke inzet voor Wmo, jeugdzorg en participatie. Ook hanteren de gemeenten verschillende modellen voor het begroten en verantwoorden, hetgeen de mogelijkheid van een landelijk uniform beeld beperkt.
Niet representatief
Daarbij kende 2015, als startjaar van de decentralisatie in het sociaal domen, volgens AEF zoveel onzekerheden dat hier nog geen algemene conclusies aan verbonden kunnen worden. AEF verwacht dat deze onzekerheden voortduren in 2016 en 2017. Ook de gemeenten vinden dat de betreffende jaren budgettair niet representatief zijn. Voor zover gemeentes reserves aanhouden in het sociaal domein door minder uit te geven dan er binnen komt, dan is dit juist om onvoorziene ontwikkelingen in dit sociaal domein op te kunnen vangen.
Frame
In het rapport laakt AEF de toon van het debat over de besteding van Wmo-geld. Door het gebrek aan nuances en makkelijke aannames is in de publieke opinie de boodschap blijven hangen dat gemeenten veel geld op de plank hebben laten liggen. “De nuances die nodig zijn om verantwoorde conclusies te trekken gingen in het debat verloren”, aldus AEF. “De cijfers hebben een frame opgeleverd waartoe gemeenten zich moeizaam kunnen verhouden.”
Legitimatie
Het ongenuanceerde debat leidt volgens AEF bovendien tot een situatie die haaks staat op de uitgangspunten van de decentralisatie. Politiek en publieke opinie dwingen de centrale overheid om zich meer te bemoeien met besteding van geld op lokaal niveau, terwijl de decentralisatie juist bedoeld is om gemeenten meer armslag te geven zodat ze kunnen inspelen op lokale noden. “Discussies over budgetten zouden pas aan de orde moeten komen als deze een knelpunt blijken te zijn in de uitvoering”, vindt AEF.
AEF concludeert dat rapportage en monitoring primair lokaal hoort te gebeuren. De betrokkenheid van gemeenteraden zorgt garandeert daarbij de democratische legitimering. Ook pleit AEF er voor om te stoppen met het gebruik van papieren grootheden zoals verdeelformules uit het gemeentefonds om ontwikkelingen in het sociaal domein te volgen.