Ondanks de dalende zorgvraag bleven in 2015 de bedden- en personeelscapaciteit over het algemeen stabiel; in sommige gevallen stegen ze zelfs. Dat blijkt uit de Logistieke Barometer Nederlandse Gezondheidszorg 2015 van accountantskantoor Ernst & Young (EY), een jaarlijkse analyse van de logistieke kengetallen van ziekenhuizen.
In lijn met het kabinetsbeleid nam de vraag naar ziekenhuiszorg in 2015 af, stelt EY vast. Als gevolg hiervan komen de bedbezetting en productiviteit van de ziekenhuizen verder onder druk te staan. Ziekenhuizen pasten hun capaciteit echter nauwelijks aan.
“Dit wijst erop dat ziekenhuizen nog niet flexibel genoeg inspelen op de veranderende zorgvraag”, zegt Monique van Dijen van EY. “Zorgorganisaties kunnen – gezien de trends – hun aanbod nog beter afstemmen op de vraag.”
Topklinische ziekenhuizen
Uit de Logistieke Barometer blijkt dat de topklinische ziekenhuizen het in vergelijking met de academische en algemene ziekenhuizen relatief goed deden. “Het lijkt erop dat de topklinische ziekenhuizen er beter in slagen om hun capaciteit op de vraag afstemmen. De bedbezetting en opbrengsten per fte zijn relatief hoger dan in de andere ziekenhuissectoren.”
Verder blijkt dat zowel bij de academische als de algemene ziekenhuizen het aantal opnames daalt. Bij de topklinische ziekenhuizen is juist sprake van een lichte toename. Hier lijkt verschuiving van productie van de academische ziekenhuizen naar de topklinische ziekenhuizen zichtbaar. In tegenstelling tot de verwachting (hogere zorgzwaarte, resulterend in langer ziekenhuisverblijf), blijft een lichte daling van de gemiddelde ligduur zichtbaar.
Herhaalbezoeken
Het aantal eerste polikliniekbezoeken laat in alle drie de ziekenhuissectoren de afgelopen jaren een dalende trend zien. Deze afname kan te maken hebben met het toenemende takenpakket van de huisarts, die patiënten vervolgens minder doorverwijst naar het ziekenhuis. Tegelijkertijd daalde de herhaalfactor op de polikliniek nauwelijks en steeg zelfs in sommige gevallen.
“Dit duidt erop dat zodra de patiënt onder behandeling of controle is bij de medisch specialist, deze nog te weinig wordt ‘terugverwezen’ naar de huisarts”, licht Van Dijen toe. “Uitzondering hierop zijn de algemene ziekenhuizen, waar we een daling van de herhaalfactor zien. Het inzetten van technologie is een goed middel om het aantal herhaalbezoeken terug te dringen. Wij zien dit soort toepassingen in toenemende mate, maar het wordt nog te weinig geïmplementeerd.”