De regionale tuchtcolleges hebben klachten in 2015 iets sneller beoordeeld dan het jaar daarvoor. Dit blijkt uit de jaarrapporten van 2014 en 2015 van de Tuchtcolleges voor de Gezondheidszorg en het College van Medisch Toezicht.
De gemiddelde tijd om een oordeel te vellen ging met 30 dagen omlaag naar 238 dagen, zo blijkt uit het jaarrapport . In Den Haag was de wachttijd het langst met 297 dagen en in Eindhoven het kortst met 177 dagen. In 2015 handelden de tuchtcolleges 1609 klachten af, waarvan 1064 (66 procent) waren gericht tegen artsen.
In 2015 waren huisartsen – net als in andere jaren – de artsen die de meeste klachten ontvingen (22% van de klachten aan artsen), op de voet gevolgd door psychiaters (19%).
Aan de aard van de klachten veranderde weinig. Het merendeel ging over een onjuiste behandeling of verkeerde diagnose (42 procent) en over geen of onvoldoende zorg (20 procent).