Gemeenteraadsleden zijn onvoldoende in staat om de dossiers over de nieuwe zorgtaken te begrijpen. Voor gedegen controle hebben ze te weinig tijd en mogelijkheden. Dat zegt 38 procent van de raadsleden in een enquête die Nieuwsuur in samenwerking met Raadslid.nu heeft gehouden. De enquête werd ingevuld door 1655 leden van gemeenteraden in het hele land.
Vanaf januari dit jaar hebben gemeenten een aantal taken overgenomen van het Rijk, in het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning, de Jeugdwet en de Participatiewet. Met de verschuiving is tien miljard euro gemoeid.
Werklast
Een overgrote meerderheid van de raadsleden, 71 procent, zegt dat de werklast is toegenomen. Een groot obstakel voor controle zijn de samenwerkingsverbanden, waarin gemeenten samen op bepaalde onderdelen zorg inkopen. 77 procent van de raadsleden zegt dat door de samenwerkingsverbanden het moeilijk is om beslissingen te beïnvloeden.
Minister Plasterk van Binnenlandse Zaken erkent dat de decentralisaties veel vragen van gemeenteraadsleden. “De afgelopen jaren hebben wij ze, samen met de VNG en de beroepsvereniging van raadsleden voorbereid op deze nieuwe taken met trainingen, bijeenkomsten en handreikingen. En we gaan daar mee door.”
Het ministerie doet nu onderzoek om in kaart te brengen hoe decentrale volksvertegenwoordigers hun werk ervaren. Dit onderzoek gaat over ongeveer een maand naar de Tweede Kamer, aldus Nieuwsuur.