Zorgverzekeraars CZ en Achmea zijn van plan 25 miljoen euro te steken in de oprichting van een nieuw diagnostisch centrum in Utrecht. Dat meldt het Financieele Dagblad (FD). Wetenschappers gaan daar werken aan een behandeling-op-maat voor taaislijmziekte en voor een bepaalde vorm van kanker. Achmea stelt wel dat er eerst een afgebakende businesscase moet zijn voordat het bedrag voor het diagnostisch centrum gebruikt kan worden.
Het nieuwe centrum bouwt voort op een technologie die is ontwikkeld door de Utrechtse hoogleraar Hans Clevers en zijn medewerkers, zo schrijft het FD. Daarbij worden stamcellen van patiënten buiten het lichaam in leven gehouden en gekweekt tot zogeheten organoïden. In een biobank testen onderzoekers vervolgens welke medicijnen aanslaan bij de zieke cellen van een individuele patiënt.
Praktijk
Nu moet blijken of de bevindingen uit het laboratorium bruikbaar zijn in de praktijk. Een eerste kleinschalige proef met enkele patiënten met taaislijmziekte is succesvol verlopen. Het nieuwe centrum gaat onderzoeken of ook bij grotere groepen patiënten te voorspellen is welke behandeling zal aanslaan.
In Nederland wonen naar schatting 1500 mensen met taaislijmziekte, ook wel Cystic Fybriosis of CF genoemd. De meesten van hen worden niet ouder van 40 jaar.
Belang
De zorgverzekeraars hebben een financieel belang bij een behandeling op maat, omdat geneesmiddelen steeds duurder worden. Zij willen voorkomen dat dure medicijnen worden voorgeschreven aan mensen die er weinig baat bij hebben. Achmea heeft daarom onlangs een investering gedaan in het project Moleculaire Diagnostiek samen met ZonMw en KWF om een versnelde implementatie van MD/PM mogelijk te maken.
Het nieuwe centrum zal werk bieden aan vijftig mensen en gaat waarschijnlijk Center for Organoid Technology heten. Later dit jaar moet duidelijk worden op welke vorm van kanker het centrum zich gaat richten, aldus het FD.