Pressure Cooker CME 2013/10 © james steidl / iStock / Thinkstock
Het Kwaliteitsinstituut draagt bij aan het verminderen van de regeldruk. Dat blijkt uit onderzoek dat minister Edith Schippers (Volksgezondheid) vandaag aan de Eerste Kamer heeft gestuurd.
De regeldruk voor transparantie is met de komst van het Kwaliteitsinstituut met 20 procent afgenomen ten opzicht van de periode 2007-2012, zo blijkt uit de voortgangsrapportage. Uit de eerste voortgangsrapportage blijken nog meer positieve resultaten van het werk van het instituut. Zo is kwaliteitsinformatie in veel sectoren eenduidiger geworden en is het draagvlak voor de richtlijnen die artsen gebruiken vergroot. In de Langdurige Zorg zijn al veel bestaande indicatoren geschrapt en wordt gewerkt aan betere kwaliteitsmeting.
Het feit dat het Kwaliteitsinstituut zelf weinig regeldruk veroorzaakt betekent echter niet dat zorgaanbieders geen lasten ondervinden op het gebied van transparantie in de zorg. Er worden wel degelijk veel kwaliteitsverantwoordingseisen gesteld aan zorgaanbieders. De kwaliteitsstandaarden en -indicatoren van het Kwaliteitsinstituut maken hier maar een klein onderdeel van uit, stelt het evaluatierapport.
Timing
Uit gesprekken met zorgaanbieders en brancheorganisaties blijkt dat het aanleveren van kwaliteitsgegevens aan diverse verantwoordingspartners samen gaat met hoge lasten. Er is sprake van een enorme stapeling van parallelle gegevensuitvraag. Het Kwaliteitsinstituut probeert de lasten voor zorgaanbieders terug te dringen en eisen zoveel mogelijk te kanaliseren. Een voorbeeld daarvan is het Register. Het doel is om het Register te laten functioneren als een overzichtelijke, duidelijke, en actuele definitie van wat goede zorg is. Als veldpartijen de uitvraag van gegevens bij zorgaanbieders hierop inrichtingen kan de regeldruk sterk worden gereduceerd.
Verder constateert het rapport dat het aanleveren van gegevens in het overgangsjaar 2015 organisatorisch chaotisch is verlopen. Zorgaanbieders vragen om concrete verbeteringen. Het evaluatierapport raadt aan om de timing van de uitvraag beter af te stemmen op de behoeften van zorgaanbieders. “De uitvraag kan onderdeel uitmaken van een cyclus of worden opgezet als continue proces op het moment dat gegevens beschikbaar komen. Daarnaast moeten aanbieders voldoende tijd krijgen om wijzigingen te communiceren in de organisatie.”
Voor de oprichting van het Kwaliteitsinstituut vreesden Kamerleden dat deze juist zou leiden tot een toename van regeldruk. Minister Schippers zegde toen toe na een jaar de gevolgen te evalueren. Naar nu blijkt waren deze zorgen niet terecht. Wel is er vanuit het oogpunt van de zorgaanbieder nog veel te verbeteren is. Dat moet ook, stelt de minister. De aanpak van de regeldruk zal worden geïntensiveerd. Binnenkort wil de Schippers maatregelen aan de Tweede Kamer voorstellen.
Verantwoording
Ook het Adviescollege regeldruk (Actal), dat onder andere de regering en het parlement adviseert over regeldruk, zag de laatste tijd dat administratieve lasten van zorgaanbieders zijn toegenomen, in plaats van afgenomen. Dit komt doordat de verschillende organisaties aan wie zij verantwoording moeten afleggen over de kwaliteit van de geleverde zorg, op een andere manier gegevens opvragen en aangeleverd willen hebben, stelt Actal. Het moet telkens net ietsje anders, en dat kost onnodig veel tijd. Dit staat in het advies dat Actal aan minister Schippers van VWS heeft aangeboden als reactie op het rapport van het Kwaliteitsinstituut.
Collegevoorzitter van Actal Jan ten Hoopen: “Er is heel veel te winnen door met elkaar één werkwijze af te spreken die gebruikmaakt van de gegevens die zorgaanbieders toch al registreren. Daardoor blijft er meer tijd over om daadwerkelijk zorg te verlenen. Er zijn al te vaak te weinig handen aan het bed.”
Stapeling
Actal erkent dat het Kwaliteitsinstituut de regeldruk heeft verminderd. Zorgaanbieders moeten in de praktijk echter nog veel andere gegevens aanleveren, aan de zorgverzekeraars, de brancheorganisatie van verzekeraars, de Inspectie voor de Gezondheidszorg, de Nederlandse Zorgautoriteit, de stichting Dutch Institute for Clinical Auditing en MediQuest BV.
“Zorgaanbieders ervaren deze stapeling van vragen om gegevens als onnodig belastend. Bovendien is het werk dat ermee gepaard gaat, de afgelopen periode verveelvoudigd. Het extra werk wordt vooral veroorzaakt door de verschillen in uitvraag tussen de verzekeraars en de toezichthouders”, aldus Actal.
Het Kwaliteitsinstituut bestaat sinds 1 april 2014 en is onderdeel van Zorginstituut Nederland. Het ondersteunt verschillende beroepsgroepen in de zorg en andere veldpartijen bij het opstellen van kwaliteitscriteria.