De aantallen en soorten zogeheten wearables groeien explosief. Tot nu worden die apparaten vooral recreatief gebruikt, voor sport, fitness of dieet. Maar deze wearables gaan voor een revolutie in de gezondheidszorg zorgen.
“Er zijn stappentellers, hartslagmeters, bloeddrukmeters, fitness trackers en nog een heleboel andere draagbare apparaatjes die bepaalde lichaamwaardes meten. De verwachting van ICT-onderzoeksbureau Gartner is dat er volgend jaar zo’n 100 miljoen in omloop zijn, inclusief de smart watches. Tot nu worden die apparaten vooral recreatief gebruikt, voor sport, fitness of dieet.”
Jeroen Vermeulen, directeur Innovatie van ICT-dienstverlener Winvision verwacht dat wearables het komend jaar al uit de gadgetsfeer komen en hun intrede zullen doen in de ‘serieuze’ zorgverlening’. “Al die apparaten zijn nu stand-alone en registreren losse data die iets zeggen over een specifiek onderdeel van de conditie van de drager. Als je die data bij elkaar kunt brengen, dan ontstaat er een samenhangend en doorlopend beeld van de gezondheid. Maak je die geaggregeerde data beschikbaar en behapbaar voor verplegers, artsen en specialisten dan hebben die een geweldige informatiebron om herstel, ziekteverloop, effect van medicijngebruik of het ontwikkelen van ziektebeelden op afstand te monitoren.”
Van bandje tot slimme contactlenzen
Draagbare apparaten zijn enorm in opkomst. De Nike FuelBand is een bekend fenomeen, vorig jaar kwam de Microsoft Band op de markt die hartslag, verbrande calorieën en stappen meet. Er zijn weegschalen die verbonden zijn met internet. De Scanadu is een soort hockeypuck die je tegen je slaap moet houden om binnen tien seconden hartslag, bloeddruk en temperatuur te meten. Dit jaar zullen ook de smart watches en brillen een grote vlucht nemen die ook gezondheid kunnen meten. En dan zijn er zelfs nog slimme contactlenzen en juwelen in ontwikkeling.
Patiënten veel meer betrekken bij de zorg
Jeroen Vermeulen: “Denk je eens in wat het kan betekenen als een zorgverlener dagelijks online kan zien hoe het met zijn patiënten gaat: slaan medicijnen aan, verbetert de zuurstofopname, daalt de bloeddruk? Komen er alarmerende waardes, dan is er snel een afspraak gemaakt of kan de specialist via Lync of Skype direct contact opnemen met de patiënt. Gaat het goed, dan hoeven patiënt en arts geen tijd in te ruimen voor een afspraak. Groot voordeel is ook dat patiënten veel meer betrokken zijn bij hun gezondheid en herstel. Zij zien ook de gemeten waardes en hebben goed zicht op het verband tussen leefpatroon of eetpatroon en gezondheid. Zij kunnen zelf ook indien mogelijk direct bijsturen.”
Ziektes of complicaties voorkomen
Winvision is momenteel in gesprek met een aantal zorgorganisaties om met behulp van wearables de zorg op afstand in te richten. “Je kunt per patiënt heel gericht de parameters ingeven: welke aspecten monitor je en wat is de bandbreedte van de meetgegevens waarbuiten je een seintje krijgt. Een arts kan in korte tijd z’n patiënten doorlopen en beeld krijgen van hun gezondheid en de ontwikkeling daarvan. De aanschaf van de wearables zal geen probleem opleveren: zoveel kosten die niet en de prijzen zullen alleen maar verder dalen. Er gaat ook een enorm preventieve werking van uit: door patiënten goed te volgen kun je ziektes of complicaties voorkomen. Dat zou dus ook een positieve invloed kunnen hebben op de zorgkosten. Het systeem of de financiering van het systeem is dus ook interessant voor zorgverzekeraars.”
Innovatie
Om zorginstellingen te laten zien wat mogelijk is, koppelde het innovatieteam van Winvision een aantal draagbare apparaten, waarvan de data samenkomen in een dashboard. Hiermee wordt getoond hoe wearables in een geïntegreerde omgeving een belangrijke rol kunnen spelen in zorgverlening. Jeroen Vermeulen: “Winvision is een echte systemintegrator. We zijn continu bezig om innovatieve technologie te integreren en bruikbaar te maken voor zorgorganisaties. De ontwikkelingen op het gebied van wearables zijn zeer interessant, maar zijn pas van toegevoegde waarde als losse gegevens samenvoegt in een totaalbeeld en beschikbaar maakt voor zorgverleners. Ik ben ervan overtuigd dat we samen met zorgorganisaties zo de zorg efficiënter, effectiever en proactiever kunnen maken. Niet over twee jaar, maar nu al.”