Gemeenten moeten de publieke ruimte zo inrichten dat het voor ouderen makkelijker wordt om zich naar buiten te begeven. Dat adviseert de Raad voor Volksgezondheid en Zorg (RVZ). Zo blijven ouderen mobiel en ontmoeten zij anderen.
Ouderen blijven langer zelfstandig wonen, stelt de RVZ. “De inrichting van de publieke ruimte kan ouderen hinderen bij hun dagelijkse bezigheden. Gebrek aan rustpunten zoals bankjes, smalle trottoirs en het ontbreken van beschutting tegen weer en wind, kunnen ouderen ervan weerhouden erop uit te gaan. Dat beperkt de mogelijkheden voor ouderen om hun leven zelfstandig en met hulp van hun sociale contacten vorm te geven”, aldus de raad.
Pauline Meurs, voorzitter van de RVZ, overhandigde woensdag het rapport Ruimte voor redzaamheid aan Jantine Kriens, voorzitter directieraad van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Daarin adviseert de raad gemeenten tijdig na te denken over het goed benutten van de publieke ruimte.
Woonkamer
Op lokaal niveau moeten de wethouders Ruimtelijke ordening en Volksgezondheid/Welzijn met elkaar in gesprek gaan. “Betrek ook burgers, bijvoorbeeld door het toekennen van buurtrechten”, schrijft de raad. “En erken het potentieel van tussenruimten, zoals de woonkamer die buurthuis wordt, waar publiek en privaat in elkaar overlopen. Deze plekken kunnen ontmoeting tussen mensen en hun gevoel van veiligheid bevorderen, mits er voldoende ruimte is voor creativiteit, experimenten en samenwerking.”
Bedrijven
“Kleine aanpassingen vaak al veel doen. Ook nadenken over de tijdelijke invulling van in onbruik geraakte gebouwen en terreinen en die voor meerdere functies geschikt maken, kunnen bijdragen aan meer flexibiliteit. Gemeenten kunnen daarbij samenwerken met bedrijven, maatschappelijke instellingen en burgers zelf. Iedereen heeft belang bij een leefbare en toegankelijke publieke ruimte”, aldus de RVZ.