Zorgverzekeraars met een risicovolle populatie, bijvoorbeeld met veel oudere en chronisch zieke verzekerden, moeten in 2016 verplicht veel meer geld opzij houden dan de partijen die meer jonge, gezonde mensen verzekeren. Dat verschil werkt mogelijk door in de premies. Dit is een gevolg van een nieuwe berekening van de buffereisen voor zorgverzekeraars, en is slecht voor de concurrentieverhoudingen op de markt.
Het Financieele Dagblad meldt dat de zorgverzekeraars daarvoor waarschuwen in notities aan de Tweede Kamer. Wynand van de Ven, hoogleraar sociale ziektekostenverzekering aan de Erasmus Universiteit en autoriteit op het gebied van het Nederlandse stelsel, deelt hun zorgen.
Vanaf volgend jaar geldt een nieuwe, Europese richtlijn voor de solvabiliteit van alle Europese verzekeraars. Voor Nederlandse zorgverzekeraars betekent dit dat de norm voor de hoogte van hun reserves omhoog gaat: van 11 procent nu naar 15 procent tot 17 procent van de bruto schadelast vanaf 2016. Maar door de definitie van schadelast die de Nederlandsche Bank voor zorgverzekeraars kiest, ontstaat verschil in wat verzekeraars met een meer en minder risicovol verzekerdenbestand opzij moeten zetten.
Twee keer zoveel geld
Van de Ven schat dat dit verschil kan oplopen tot ten minste een factor twee. Ofwel: de partij met de ‘slechtste’ populatie moet mogelijk per klant ruim twee keer zoveel geld opzij gaan zetten als de verzekeraar met de laagste gemiddelde kosten per verzekerde. “Dat geld moeten ze ergens vandaan halen. Dat kan uit de bestaande reserves, maar als die er onvoldoende zijn moet het uit de premie komen.”
Alle zorgverzekeraars bij elkaar hebben, ook bij een hogere Europese eis, aanzienlijk hogere reserves dan nodig. Er zijn echter ‘aanzienlijke’ onderlinge verschillen, schreef zorgminister Edith Schippers vorige week in een brief aan de Kamer. Van de Ven: “Als een zorgverzekeraar die nu al aan de lage kant zit, straks ook nog het meeste extra geld apart moet gaan houden, dan worden de concurrentieverhoudingen aangetast.” Hij pleit voor een compensatie van de verzekeraars met een hogere solvabiliteitseis.