De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) mag van de rechter geen onterecht gedeclareerde bedragen voor transferverpleegkunde terugvorderen van Tergooi. Volgens het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) is de NZa ‘onzorgvuldig’ geweest bij de toepassing van de wettelijke bevoegdheden.
Het CBb onderschrijft weliswaar dat de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) maatregelen als een aanwijzing en een last onder dwangsom mogelijk maakt, maar wijst er op dat deze instrumenten vooral bedoeld zijn om herhaling te voorkomen. Aangezien Tergooi op het moment dat de NZa het de terugvordering oplegde al gestopt was met foutief declareren, was dit gevaar volgens het CBb nauwelijks nog aanwezig. Door de nieuw ontstane situatie niet mee te wegen heeft de NZa volgens het CBb “onzorgvuldig” gehandeld.
Concurrentiebelemmering
De zaak gaat terug tot de jaren 2011 en 2012. De NZa tikte toen ettelijke ziekenhuizen op de vingers die andere zorgaanbieders geld vroegen voor het doorverwijzen van patiënten. Een vorm van dubbele de betaling, oordeelde de NZa, aangezien deze transferkosten al in de algemene tarieven voor ziekenhuiszorg zijn versleuteld. Bovendien dreigde volgens de NZa de concurrentie belemmerd te worden, aangezien de betrokken ziekenhuizen alleen naar betalende instellingen zouden kunnen doorverwezen.
Volgens de NZa ontvingen de betrokken ziekenhuizen ten onrechte sommen tot 100 duizend euro per jaar. Naast Tergooi sprak de NZa het Admiraal de Ruyterziekenhuis, het Amphia Ziekenhuis en het Lievensberg ziekenhuis aan. Tergooi liet het hier niet bij zitten en tekende vorig jaar bezwaar aan bij het CBb. Het CBb heeft nu geoordeeld dat de NZa het ziekenhuis in Hilversum en Blaricum niet kan dwingen tot terugbetaling. Hoe groot het bedrag is dat de NZa terugvorderde is onduidelijk, maar gezien de eerdere schatting van de NZa kan Tergooiziekenhuizen enkele tonnen teveel ontvangen hebben.
Vacuüm
De uitspraak van het CBb komt voor de NZa op een ongelukkig moment. Niet alleen worstelt de marktmeester in de zorg met een bestuurscrisis, de toezichthouder is ook onder vuur komen te liggen vanwege recente financiële afspraken met de ziekenhuizen. Deze moeten er toe leiden dat de ziekenhuizen hun zaken boekhoudkundig weer op een rij krijgen, maar kunnen er ook toe leiden dat ziekenhuizen wegkomen met foutieve declaraties. Daarmee heeft de NZa mogelijk het openbaar ministerie buitenspel gezet, terwijl het eigen instrumentarium om op te treden door de recente uitspraak van het CBb aan banden is gelegd. Het bestuurlijke en juridische vacuüm waar de NZa in is beland, ondergraaft het gezag van de toezochthouder en kan ook andere ziekenhuizen er toe aanzetten om boetebesluiten aan te vechten.