De acht Nederlandse umc’s gaan één gezamenlijke database gebruiken voor het gebruik van medische data voor wetenschappelijk onderzoek. Het systeem daartoe, ProMISe, is maandag in gebruik genomen.
Met het ict-systeem zetten de umc’s een stap in de richting van grote medische biobanken, aldus professor Frank Miedema, decaan en vice-voorzitter van het UMCU. Die biobanken zijn van groot belang voor de medische wetenschap. Miedema: “Door gegevens te delen, neemt de kwaliteit van medisch onderzoek met sprongen toe. Een belangrijke beperking in het onderzoek tot nu toe was het ontsluiten van de medische data. Verschillende centra werkten met verschillende systemen, waardoor gegevens niet optimaal gedeeld konden worden.”
Parels
De gezamenlijke software zal gebruikt worden binnen het ‘Parelsnoer Instituut‘. Daarbinnen werken de umc’s samen bij het verzamelen en delen van onderzoeksgegevens en lichaamsmateriaal op gebied van dertien aandoeningen. Het gaat onder meer om diabetes, erfelijke darmkanker en reuma.
Eén database
ProMISe is als softwarepakket bedoeld voor het geüniformeerd opslaan van onderzoeksgegevens. Tot nog toe werkten de umc’s allen met hun eigen database, waardoor gegevens niet goed uitwisselbaar waren. Eerst werd gezocht naar een soort ‘internationale stekker’ die op alle afzonderlijke systemen zou passen, aldus Miedema. Die poging was echter niet succesvol. Daarom kiezen de umc’s nu voor ProMISe. Dat systeem werd door LUMC ontwikkeld. Feitelijk gaat het om één database.
Flexibeler
In ProMISe kunnen onderzoekers alle denkbare medische gegevens opslaan, zoals bloedwaarden, genetische informatie en beelden van medische scans. Het systeem is daarbij flexibeler dan de voorgaande databases. Die weigerden soms patiëntengegevens omdat een deel niet of niet goed genoteerd was. Nu kunnen onderzoekers zelf bepalen of ze de gegevens uit zo’n dossier willen meenemen in hun onderzoek of niet. Ook is de privacy van patiënten nu beter beveiligd.