Hands and puzzle, isolated on white background
Nederlandse ziekenhuizen gaan steeds vaker een samenwerkingsverband of fusie aan met andere ziekenhuizen. Waar vorig jaar het vergroten van de zorgkwaliteit nog de belangrijkste reden was, is nu een strategische en financieel houdbare positie in de regio een steeds belangrijkere drijfveer.
Dit blijkt uit jaarlijks onderzoek van KPMG Gezondheidszorg onder bestuurders van Nederlandse ziekenhuizen, dat op 11 juni door Wouter Bos, voorzitter van KPMG Gezondheidszorg, aan NVZ-bestuurslid Olof Suttorp wordt aangeboden.
Regio
Optimalisering van de zorgportfolio is steeds meer de drijfveer voor ziekenhuisbestuurders om tot samenwerking over te gaan, blijkt uit het onderzoek. Anna van Poucke, director en sectorleider ziekenhuizen bij KPMG Plexus: “Vorig jaar gingen ziekenhuizen vooral samenwerken voor het vergroten van de kwaliteit van zorg, nu kunnen we concluderen dat de samenwerking steeds meer benut wordt voor het innemen van een strategische en financieel houdbare positie in de regio. Kwaliteit, financiering en toegankelijkheid van zorg worden steeds meer op regionale schaal bekeken.”
Opvallend vindt KPMG dat hierbij vooral de topklinische ziekenhuizen de regie voeren. Kleinere basisziekenhuizen zoeken samenwerking met de topklinische ziekenhuizen in de regio om voor de eigen bevolking complexe zorg te kunnen blijven aanbieden. Topklinische centra hebben op hun beurt de kleinere ziekenhuizen nodig om in de toekomst aan de verder stijgende volume-eisen en IC-ontwikkelingen te kunnen blijven voldoen.
Een ander opvallende ontwikkeling is het ontstaan van zorgbrede regionale samenwerkingsverbanden waarbij het hele zorgsysteem wordt heringericht. Ook de eerstelijn krijgt een steeds belangrijkere rol bij de samenwerking in de keten. Deze trend ontwikkelt zich de komende jaren steeds verder, voorspellen de onderzoekers.
Samenwerking
Sinds 2009 is het aantal zelfstandige ziekenhuizen met zo’n 8 procent gedaald tot 107, terwijl op bijna 300 locaties ziekenhuiszorg wordt aangeboden, zo blijkt uit het onderzoek. Deze reductie zet zich naar alle waarschijnlijkheid door tot minder dan 90. Dat is een reductie ten opzichte van 2009 van zo’n 23 procent.
Zorglocaties
De gestage daling van het aantal zelfstandige ziekenhuizen heeft amper gevolgen voor het aantal locaties waar zorg wordt aangeboden. “Dat het aantal zorglocaties geen gelijke tred houdt met de vermindering van het aantal zelfstandige ziekenhuizen heeft te maken met de aard van de samenwerking”, verklaart Van Poucke. “Wanneer sprake is van bestuurlijke samenwerking, worden de verschillende ziekenhuislocaties meestal aangehouden met een veranderd profiel. Het wordt nu belangrijker om scherper te kiezen welke zorg waar wordt aangeboden in de gefuseerde samenstelling.”
Ondersteunende diensten
Er is nog winst te halen waar het gaat om samenwerking op het gebied van ondersteunende diensten, signaleren de onderzoekers. Nog bijna 75 procent van de ziekenhuizen voert deze activiteiten in eigen beheer uit. “Een voorzichtige berekening in ons rapport laat zien dat er mogelijk structureel 133 miljoen euro per jaar bespaard kan worden door samenwerken en uitbesteden. Door de financiële druk op de ziekenhuizen wordt de noodzaak tot het realiseren van kostenbesparingen en het benutten van schaalvoordelen steeds groter. Dit onderwerp staat opvallend laag op de prioriteitenlijstjes van bestuurders: wij denken dat zij hier echt kansen laten liggen”, zegt Van Poucke. Zij verwijst hierbij naar het Verenigd Koninkrijk en Duitsland waar veel vaker sprake is van samenwerking of uitbesteding.