De kwaliteit van zorg in de langdurige zorg wordt niet alleen bepaald door voldoende personeel en het opleidingsniveau van de medewerkers, maar ook door de werkomgeving. Dit constateert Nivel in een onderzoek in opdracht van het ministerie van VWS en de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ).
Als factoren die van belang zijn voor de werkomgeving noemt Nivel ondermeer de afstemming op de zorgvraag van bewoners, een goede werksfeer, samenwerking en overdracht, tevredenheid met het werk en een laag ziekteverzuim. Is die werkomgeving op orde, dan blijkt er veel mogelijk. Uit het onderzoek komt ondermeer naar voren dat afdelingen met een gemiddelde bezetting net zo hoog kunnen scoren op de kwaliteit van zorg als vergelijkbare afdelingen met een bovengemiddelde bezetting. Afdelingen met een vergelijkbare bezetting maar een minder positief beoordeelde ‘werkomgeving’ scoren juist lager.
Lastig
Hoewel van opvallend groot belang voor de kwaliteit van zorg, blijken een goede afstemming op de zorgvraag en goede werkomgeving volgens Nivel in de praktijk lastig te realiseren. Op een aantal van de onderzochte afdelingen is de dagelijkse bezetting vooral gebaseerd op het beschikbare personeel en vaste of in het verleden gegroeide verhoudingen. Hierdoor hebben niet alle medewerkers het gewenste opleidingsniveau en zijn ze ook niet flexibel in te zetten. Dit maakt het voor deze instellingen moeilijk om op de veranderende zorgbehoeftes van bewoners in te spelen.
Competenties
Afdelingen waar het personeelsbestand is gebaseerd op de zorgvraag van de bewoners kunnen een betere kwaliteit van zorg leveren. Op die afdelingen worden taken gekoppeld aan competenties van de medewerkers. Daardoor kunnen pieken door cliënten met een andere zorgvraag, verlof van medewerkers of een hoog ziekteverzuim worden opgevangen door flexibel inzetbaar goed opgeleid personeel.