De beoogde herschikking van taken tussen tandartsen en mondhygiënisten verloopt minder soepel dan beoogd. Tandartsen hebben moeite om hun autoriteit uit handen te geven aan mondhygiënisten-nieuwe-stijl in hun praktijk. Sinds deze laatsten zijn opgeleid om zelfstandig diagnoses te stellen en eenvoudige tandheelkundige ingrepen te doen, is de competentiestrijd tussen tandartsen en mondhygiënisten verscherpt.
Dat blijkt uit onderzoek van de Groningse hogeschooldocent Mondzorgkunde Katarina Jerkovic. Zij promoveert op 5 april aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Taken uit handen nemen
Het besluit om de opleiding tot mondhygiënist te verlengen en de nieuwe mondhygiënisten zo op te leiden dat zij de tandarts taken uit handen kunnen overnemen, zodat deze meer tijd overhouden voor complexere taken, stampt van twaalf jaar geleden. Het anticipeerde op een tandartsentekort, dat zou ontstaan als gevolg van de vergrijzing.
Autonomie
Uit het onderzoek van Jerkovic blijkt dat tandartsen moeite hebben met de overdracht van hun verantwoordelijkheden: “Ze waarderen de ruimte die ze krijgen als ze mondhygiënisten in hun praktijk hebben, maar ze willen zelf de besluitvorming in handen houden. Daardoor krijgen de mondhygiënisten minder te doen dan waarvoor ze zijn opgeleid. Dat komt overigens ook omdat ze vaak een baan van een oude-stijl-collega opvullen, die dat werk toch al niet deed.”
Verder blijkt uit het onderzoek dat de mondhygiënisten-nieuwe-stijl minder plezier in hun werk hebben dan hun voorgangers. Dit komt volgens Jercovic dat zij minder autonomie ervaren en meer rolconflict in hun banen. En dat valt weer te verklaren door de huidige taakverdeling tussen de tandarts en de mondhygiënist.’
Taakherschikking in de zorg
Taakherschikking vindt plaats in de hele gezondheidszorg; in veel takken van de zorgsector hbo-opgeleide zorgverleners geacht worden hun academisch geschoolde collega’s taken uit handen te nemen. Jerkovic vindt het daarom van groot belang om goed te monitoren of dit model werkt. Zij ziet vooral de voordelen van dit model: “De academisch gevormde artsen krijgen te maken met zorgverleners met een hbo-opleiding die veel van hun gewone taken kunnen overnemen. Dat is alleen maar goed, en het past in het beleid van de overheid om mensen met een gepast opleidingsniveau een gepast takenpakket te geven. Op het gebied van tandheelkunde loopt Nederland daarin in internationaal opzicht ook voorop. Er zijn geen aanwijzingen dat dat tot verdringing leidt van de academische artsen. Ze kunnen daarvan juist profiteren, als ze bereid zijn een deel van hun bevoegdheden te delen met hun hbo-collega’s.”