Het komend jaar voorzien we een sterke stijging van de kosten van dure geneesmiddelen in het ziekenhuis. Nieuwe geneesmiddelen en een volumestijging zullen naar verwachting 50 procent meerkosten geven dan afgelopen jaren.
Daardoor wordt meer dan een derde van de totale groeiruimte (prijs en volume) voor ziekenhuiszorg in 2020 opgeslokt. En dat terwijl die groeiruimte al beperkt is, gegeven het ambitieuze en noodzakelijke hoofdlijnenakkoord.
Daarmee zetten geneesmiddelen andere soorten ziekenhuiszorg extra onder druk. Dat baart mij zorgen. Wat veroorzaakt deze volumestijging, en bovenal, wat kunnen zorgverzekeraars, ziekenhuizen, farmaceuten en de politiek doen om die medicijnkosten niet de rest te laten opsouperen?
In de hoofdlijnenakkoorden is afgesproken dat we de volumegroei van ziekenhuiszorg samen gaan afbouwen. In stapjes van nog 0,6% groei in 2020 tot helemaal geen groei meer in 2022. Het einde van de volume- en prijsgroei aan dure geneesmiddelen is echter niet in zicht. Nieuwe geneesmiddelen en technieken dragen daaraan bij. Denk aan gentherapie of immunotherapie bij vormen van kanker: middelen die veelbelovend kunnen zijn en de kwaliteit van zorg en leven kunnen vergroten.
Gepast gebruik
Om de stijging van de kosten aan dure geneesmiddelen in het ziekenhuis het hoofd te bieden moeten we samen naar oplossingen kijken. Ziekenhuizen en artsen ontwikkelen zelf initiatieven: denk aan gepast gebruik van medicatie. Niet alles wat kán, móet ook worden voorgeschreven. Bij het streven naar doelmatig en gepast gebruik van geneesmiddelen helpen wij: zo investeren we bijvoorbeeld in verschillende doelmatigheidsstudies. Maar voor het onder controle krijgen van de alles verdringende kostenstijging aan dure geneesmiddelen is meer gemeenschappelijke inspanning nodig.
Nieuwe financiering
Wij pleiten voor een nieuwe financieringssystematiek voor geneesmiddelen in het ziekenhuis. Het huidige systeem heeft nog te weinig remmen ingebouwd om kostengroei beheersbaar te houden. Buiten ziekenhuizen is die rem er wel. Daar worden geneesmiddelen pas vergoed nadat ze positief beoordeeld zijn door het Zorginstituut Nederland op effectiviteit en kosteneffectiviteit. Geneesmiddelen die u bij de buurtapotheek haalt worden vergoed nadat daarover is gewikt en gewogen. In ziekenhuizen worden middelen echter doorgaans direct onderdeel van de verzekerde zorg nadat ze geregistreerd zijn. Wij vinden dat meer dure ziekenhuisgeneesmiddelen ook eerst beoordeeld moeten worden.
Deze beoordeling van ziekenhuisgeneesmiddelen door het Zorginstituut – en de hieraan gekoppelde onderhandeling door VWS – gebeurt nu alleen bij uitzondering, via de zogenaamde sluisaanpak. Deze sluis geldt voor middelen met een landelijk verwachtte ziekenhuisomzet van boven de €40 mln per jaar, of middelen die meer dan 50.000 euro per patiënt per jaar kosten en totaal meer dan €10 miljoen. Dit jaar zullen (net als in 2018) naar verwachting slechts een tiental middelen in de sluis worden geplaatst terwijl er meer dan honderd nieuwe middelen worden geregistreerd. Daarbij lijken farmaceuten bij hun prijsstelling al rekening houden met het feit dat ze ergens korting moeten geven (bij VWS of elders) of farmaceuten kunnen net onder de sluisgrens gaan zitten met de prijs. Fabrikanten handelen rationeel vanuit winstmaximalisatie, en de prijsstelling is in de regel eerder een afspiegeling van de betaalbereidheid dan van een onderbouwde en uitlegbare kostenopbouw.
Andere rol voor zorgverzekeraars
Naast een aangepast systeem moeten wij als zorgverzekeraars ook zelf een grotere rol spelen bij de beoordeling en onderhandeling van middelen die niet in de sluis komen. Wij geloven er in dat we in de sector sterk als één blok op moeten optrekken richting de farmaceutische industrie, om dure middelen betaalbaarder en toegankelijk te houden.
De prijs van veel nieuwe geneesmiddelen is extreem hoog en bovendien onvoldoende uitlegbaar. Zo blijkt uit recent Amerikaans onderzoek dat veel nieuwe geneesmiddelen in het ziekenhuis nauwelijks meerwaarde hebben boven al bestaande geneesmiddelen. Terwijl deze middelen wel een steeds groter deel van de beschikbare groeiruimte opeten. Het is wellicht een idee alle nieuwe middelen te vergoeden tegen een forse korting op de prijs totdat de fabrikant in onderzoek aantoont dat zijn geneesmiddel ook in het echt meerwaarde heeft boven de bestaande therapie. Pas dan is een meerprijs gerechtvaardigd.
Verantwoord prijsbeleid
Fabrikanten moeten serieuzer werk maken van maatschappelijk verantwoord prijsbeleid. Het is onbegrijpelijk dat de farma branchevereniging VIG de beloofde gedragscode voor ethisch prijsbeleid nog steeds niet gepubliceerd heeft. We moeten daarnaast opkomen voor betere en eerlijkere patentwetgeving en optreden tegen diverse technieken die worden gebruikt om de prijs hoog te houden ten koste van de maatschappij. Als zorgverzekeraars hebben we hierin een aanjagende rol: dat verklaart deels onze juridische conflicten met farmaceuten zoals MSD en AstraZeneca.
Een fundamentelere discussie over duurzame financiering van dure geneesmiddelen is op korte termijn noodzakelijk. Voor de onderhandelingen voor de zorginkoop 2020 komt dit te laat. Aan de onderhandeltafels wordt nu pijnlijk duidelijk dat de resterende groeiruimte voor 2020 nog beperkter is dan we denken, als gevolg van de sterke dure geneesmiddelen groei. Dat vraagt om nog meer urgentie op het vinden van gemeenschappelijke oplossingen.