“Onder druk wordt alles vloeibaar.” Skipr-lezers zijn ongetwijfeld bekend met deze aloude management-mantra. Het is een handzame formule om organisatiestress bij deadlines mee weg te redeneren. Soms spreekt er een flink woordje wensdenken mee; als de Wet van Vloeibare Druk maar vaak genoeg herhaald wordt, zal er vanzelf beweging komen…
Maar hoe werkt het in de praktijk? Laten we eens kijken naar het VIPP-programma. De eerste harde deadlines voor dit versnellingsprogramma voor digitale communicatie komen in zicht, dus de spanning en stress lopen hoog op. Falen heeft serieuze financiële consequenties. Deelnemers die deadlines missen moeten subsidie terugbetalen – tot één miljoen euro per ziekenhuis. Ondenkbaar is dit niet, want er zijn nogal wat obstakels op het VIPP-pad.
De spelregels zijn onvoldoende uitgekristalliseerd. De doelstellingen zijn ambitieus en raken bovendien aan ‘veranderingsresistente’ zaken als cultuur en gedrag. Bovendien zijn de deelnemers aangewezen op een beperkt aantal IT-leveranciers met dito capaciteit. Overgeleverd aan een krappe leveranciersmarkt hollen de ziekenhuizen allemaal tegelijk op hetzelfde tijdspoortje af. Daarmee heeft de subsidieverstrekker onbedoeld een bottleneck gecreëerd. Door snelheid te subsidiëren krijgt de overheid in het slechtste geval vertraging. En hoe meer bestuurders en managers lopen te pushen, hoe harder de bottleneck dicht slibt.
Wordt onder druk alles vloeibaar of juist het tegenovergestelde en loopt alles onder druk vast? Of erger nog: gaat alles stuk? Wellicht biedt de natuurkunde uitkomst; om de overdracht van vloeistof tussen twee communicerende vaten te versnellen zal de onderzoeker de druk in het gevulde vat niet opvoeren, maar juist onderdruk creëren in het lege vat. Wellicht een waardevol inzicht nu er 75 miljoen aan nieuwe VIPP-gelden beschikbaar komt en ook de eerste lijn en ggz hun eigen digitale versnellingsprogramma krijgen.
Senior redacteur Skipr