Op dit moment is er een professionaliseringsslag gaande in het verpleegkundig beroep. Om te kunnen blijven voldoen aan de steeds complexer wordende zorgvraag, zijn nieuwe beroepsprofielen opgesteld en zal in de toekomst onderscheid gemaakt gaan worden tussen mbo- en hbo- verpleegkundige functies.
Dit is een enorme uitdaging voor verpleegkundigen, maar ook voor de zorgorganisaties waarin zij werken, omdat het de vraag oproept hoe de nieuwe beroepsprofielen moeten worden toegepast in de praktijk.
Het rapport ‘Toekomstbestendige beroepen in de verpleging en verzorging’ (Terpstra, 2015) geeft een beschrijving van de beide beroepsprofielen en zegt daarmee iets over het onderscheid tussen de functies. In deze beschrijving krijgt de hbo-verpleegkundige een rol waarin ten opzichte van de huidige situatie minder focus ligt op de uitvoerende zorgtaken en meer op de regierol. Voor de mbo-verpleegkundige ligt de nadruk op het goed uitvoeren van de vereiste handelingen, het coördineren en organiseren van de zorg rondom de zorgvrager en de juiste toepassing van evidence based protocollen en richtlijnen.
Projecten en programma’s
Deze beschrijvingen geven richting aan de inzet van mbo- en hbo- verpleegkundigen, maar laten nog veel open. Dit zorgt ervoor dat verpleegkundigen nog weinig gevoel hebben bij wat er van hen verwacht wordt in het nieuwe profiel. Ook leidinggevenden, leerhuismanagers en P&O-medewerkers moeten zich nog een beeld vormen van de consequenties hiervan op de werkvloer.
Daarom zie je in veel ziekenhuizen dat projecten en programma’s worden ingericht om de onderscheiden beroepsprofielen verder te operationaliseren. De focus ligt al snel op het uitwerken en implementeren van de nieuwe rollen: het opstellen van een functieprofiel, in kaart brengen hoeveel hbo-ers en hoeveel mbo-ers er in dienst zijn en experimenteren op de werkvloer hoe de taakverdeling er dan uit moet zien.
Zelf regie nemen
Maar deze transitie biedt meer kansen. Om te voldoen aan het nieuwe profiel en voorbereid de toekomst in te gaan, zullen verpleegkundigen moeten ontdekken wat hun talenten en ontwikkelpunten zijn. Door ze te begeleiden en motiveren om regie te nemen over hun loopbaan en professie, ontstaat een lerende beroepsgroep die zichzelf continu kan verbeteren. Zo wordt de beweging die je inzet onomkeerbaar. Maar daarvoor is meer nodig dan alleen technisch onderscheid.
Zo moet de verpleegkundige gemotiveerd en uitgedaagd worden om het nieuwe gedrag te laten zien en moeten teammanagers of operationeel leidinggevenden hiervoor ook ruimte geven.
Succesvol proces
Maar hoe verleid je de organisatie tot gedragsverandering, welke strategie kies je daarvoor? Dat is afhankelijk van de context: Wat werkt in je organisatie en wat niet bij veranderingen? Hoe is het sentiment rondom de verandering, wat voor energie en wat voor weerstand leeft er? Wat past bij de vraag, de betrokken actoren en het doel wat je wilt bereiken? En welke veranderstrategie past bij jou als veranderaar?
Alleen met het antwoord op deze vragen kun je je strategie bepalen en de interventies kiezen die daarbij horen. En dan nog kan de aanpak per fase, doelgroep of geformuleerd resultaat verschillen. Maar één ding is zeker, een geslaagde verandering gaat niet alleen over inhoud. Een geslaagde verandering heeft ook een succesvol proces nodig.
Adviseur Twynstra Gudde Zorg