De Wet normering topinkomens in de zorg (WNT) is zo complex dat het voor instellingen en accountants niet meer te doen is. Zorginstellingen kunnen het allemaal niet meer bijhouden en onze specialisten maken overuren.
Dit kan niet de bedoeling zijn geweest van de wetgever. Het is zaak de huidige ontwikkelingen te stoppen nu het nog kan. Anders is de jaarrekeningcontrole door de WNT straks onuitvoerbaar. Dat is onze conclusie vanuit Coziek.
Uit de ‘WNT-jaarrapportage 2015’ blijkt dat inmiddels rond de 6.000 instellingen onder de WNT vallen, en daarmee 37.000 topfunctionarissen. Die moeten we allemaal tot drie jaar terug controleren. De gemiddelde kosten per instelling bedragen inmiddels circa vijfduizend euro. Nog los van de complexe WNT-verantwoordingen, waarmee het bedrag zomaar tien keer hoger kan uitvallen. En met de nieuwe Evaluatiewet wordt de groep van mensen waarop WNT van toepassing is alleen maar groter.
Balans volledig zoek
Voor de duidelijkheid: dit thema verdient absoluut maatschappelijk aandacht en natuurlijk wil de overheid misstanden voorkomen. Maar de huidige wet zorgt voor een averechts effect. De grotere accountantskantoren, waaronder BDO, hebben specialistische afdelingen, zelfs met juristen, moeten optuigen die het hele jaar lang niets anders doen dan WNT-vraagstukken oplossen. Daarmee is de balans tussen kosten en baten volledig zoek.
Ik kan de ontstane situatie niet beter illustreren dan met het volgende praktijkvoorbeeld, waarbij een bestuurder een declaratie had ingediend van 33,40 euro. Ging om gevulde koeken voor bij de koffie. De kernvraag is dan of dit mogelijk een belaste onkostenvergoeding is. Er waren drie specialisten voor nodig om dit prangende vraagstuk op te lossen. De rekening voor de zorginstelling was 937,50 euro. En wat bleek? De koeken waren een traktatie voor de zorgadministratie om te vieren dat de instelling wederom haar HKZ-certificaat had behaald. Zulke spontane acties zal deze bestuurder dus voortaan wel uit zijn hoofd laten … Is dat wat je als wetgever wilt? Lijkt me niet.
Niet uitvoerbaar en controleerbaar
Hoe heeft het zover kunnen komen? Het probleem van de WNT is drieledig. Allereerst de hoeveelheid wijzigingen. Er is geen andere wet die zo veel wijzigingen en reparaties kent als de WNT, met name in de zorg. En het blijft maar doorgaan. Daar komt bij dat het ministerie van Binnenlandse Zaken (BZK), tussen alle wetswijzigingen door, ook nog regelmatig nieuwe interpretaties toepast. Deze interpretaties hebben altijd een nadelig effect op instellingen. Bovendien leiden ze ertoe dat zaken die eerst goed waren, plotseling fout zijn. Op grond van het controleprotocol WNT moeten we die dan tot twee jaar terug corrigeren. De grond was al niet vast, maar wordt hiermee ook voor ons drijfzand. Dat maakt de wet niet meer uitvoerbaar en controleerbaar.
Probleem nummer drie is dat de wetgever ons dwingt te zoeken naar de ‘speld in de hooiberg’, zoals bij de gevulde koekencasus. In de praktijk moet je bijna iedere euro twee keer omdraaien en vooral het gezond boerenverstand niet te veel gebruiken. Je ontkomt er als accountant daarom niet meer aan om bij de controle specialisten in te schakelen op het gebied van arbeidsrecht, fiscaal recht en algemeen juridisch recht. Met alle kosten van dien. Geld dat een instelling vervolgens niet meer aan de zorg kan besteden.
Andere weg inslaan
Op de ingeslagen weg met de huidige WNT is de eindbestemming dat de controle van de jaarrekening steeds meer een bijproduct wordt. In gesprekken met bestuurders en toezichthouders merken we dat het uitsluitend nog gaat over de WNT en maar in beperkte mate over de inhoud van de jaarrekening. Dat is een slechte ontwikkeling. We moeten een andere weg inslaan. Onze oproep is: vereenvoudig de WNT, koppel de WNT-detailoverzichten los van de jaarrekening én laat deze controleren door bijvoorbeeld de Belastingdienst.
Mike Tagage
Partner bij BDO Audit & Assurance en gespecialiseerd in controle- en adviestrajecten bij zorginstellingen