Dementienetwerken en casemanagement zijn van hun ankers geslagen door de overgang van de wijkverpleging naar ZVW. Integrale dementiezorg vergt juist stevige verbindingen tussen professionals, managers, ketenregisseurs en bestuurders. Het is tijd voor een brede verbeterbeweging in de dementiezorg over de domeinen heen.
In Nederland leven naar schatting 270.000 mensen met dementie en elk jaar komen daar 10.000 mensen bij. Ongeveer 70 procent woont thuis, en ook dat neemt toe want de meesten willen zo lang mogelijk in hun vertrouwde omgeving blijven. Dan moet de mantelzorg het wel volhouden en de omgeving goed kunnen omgaan met dementie.
Dat vergt dementievriendelijke gemeenten en de inzet van vele professionals uit de verschillende domeinen van wonen, welzijn, behandeling, zorg en ondersteuning, ook met technologie. Een grote uitdaging voor het dementieveld! Duizenden professionals zoeken nu hun weg in alle transities, maar werken nog steeds met passie aan persoonsgerichte dementiezorg voor hun cliënten.
De dementiezorg rammelt
De Zorgstandaard Dementie uit 2013 is toe aan een update. Die stamt nog uit de AWBZ-tijd, toen de dementiezorg onder de langdurige zorg viel, met één zorgkantoor per regio en aparte bekostiging voor casemanagement en dementienetwerken. Nu puzzelen we met z’n allen op de samenhang tussen Wmo, Zvw en Wlz.
De organisatie en financiering van integrale dementiezorg kunnen eenvoudiger, krachtiger en stimulerender. Inmiddels heeft de COMPAS-studie aangetoond dat geïntegreerde dementieketens kosteneffectiever casemanagement realiseren dan losse netwerken. Ook is er veel meer inzicht gekomen in vroegsignalering, diagnostiek en effectieve zorgtrajecten. We krijgen steeds meer effectieve interventies in handen, bijvoorbeeld voor psychosociale zorg en gedragsinterventies bij cliënt en mantelzorger.
Het onderzoeksprogramma Memorable van het Deltaplan Dementie gaat nog meer opleveren. Op allerlei plekken in het land ritselt het van goede ideeën en oplossingen, dat moet nu bij elkaar gaan komen. Veel regio’s stoeien bijvoorbeeld met allerlei combinaties van casemanagement door wijkverpleegkundigen, praktijkondersteuners, sociale wijkteam en de specialistische casemanagers.
Hoe weten we of de juiste hulpverlener op het juiste moment de juiste zorg en ondersteuning biedt? Pogingen om tot een registratie te komen, zijn tot nu toe mislukt. Dat is onbevredigend, want de dementiezorg staat nu al in de top van de hoogste ziektelast en zorgkosten. Terwijl we niet weten hoe de cliëntpopulatie in de verschillende schakels van de dementieketen er uit ziet.
Eén mens, één aanpak
We moeten kennis, ervaring en verbeterkrachten bundelen om de dementiezorg zo goed en slim mogelijk vorm te geven. Juist de mens met dementie moeten we als één geheel zien in zijn eigen specifieke situatie. En benaderen met één gezicht, één regie en één persoonsgericht zorg- en ondersteuningsplan. Integraal over de domeinen van zorg, wonen en welzijn heen, met duidelijke taken, verantwoordelijkheden en afspraken en goede keteninformatie over de cliëntsituatie en de totale zorg- en dienstverlening.
In zo’n verbinding kunnen veel van elkaars kennis en ervaring leren en dat door samenwerking integreren in plaats van elkaar beconcurreren. We kunnen samen de dementiezorg op een hoger plan tillen als we al die professionele kennis en kracht bundelen, bijvoorbeeld in leergemeenschappen en kennispleinen en met hele praktisch handreikingen en visueel instructiemateriaal.
Ik wil dan ook oproepen tot deelname aan een nationale verbeter-beweging waarin de professionals, managers en bestuurders met elkaar een lerend netwerk vormen, binnen en tussen de dementieketens. Doe mee aan Dementiezorg voor Elkaar.
Hoogleraar Management & Organisatie van Ouderenzorg bij het instituut Beleid & Management Gezondheidszorg (EUR) en sinds februari bij Vilans programmaleider van Dementiezorg voor Elkaar