Verantwoording afleggen en je aan de afgesproken regels houden. Het is zo vanzelfsprekend in de zorg dat we ons eigenlijk niet afvragen waarom we het doen.
Het kan ook anders. Door bewust stil te staan bij ons doen en laten en te reflecteren op de onderliggende waardensystemen. Juist de Week van reflectie vraagt daar tijd en aandacht voor. Een praktijkvoorbeeld maakt duidelijk hoe dat kan uitwerken. Toen ik dertig jaar geleden mijn loopbaan in de zorg begon, was de verantwoording overzichtelijk. Maar gestaag kwamen er meer regels, met als hoogtepunt de bekende afvinklijstjes van HKZ.
Al die regels moeten het gedrag ten goede beïnvloeden. Maar doen ze dat ook? Wat wij merkten, is dat steeds meer regels bij medewerkers ook steeds meer onzekerheid opleverde. En dat leidde bij hen weer tot de roep om nog meer regels die dan weer de groeiende onzekerheid moesten beteugelen. Noem het de ongewenste tsunami van het Rijnlandse model.
Dode letters
Wat doet een verantwoordingssysteem gebaseerd op cijfers met mensen? We hebben het uitgezocht en ontdekten dat 40 procent van de procedures nooit werd gelezen. Dode letters dus.
Voor Ipse de Bruggen is deze constatering van cruciaal belang geweest voor een andere manier van kijken naar de organisatie van de zorg. We hebben iedereen uitgenodigd in dialoog te gaan en meer dan 2500 cliënten, wettelijk vertegenwoordigers en medewerkers hebben hieraan gehoor gegeven. Twee vragen stonden centraal: wat verwacht je van ons als zorgaanbieder en wat verwacht je van ons als werkgever. En wat daarvan de opbrengst was? Dat niemand vroeg om regels, laat staan om méér regels! En dat velen snakten naar het échte gesprek over wat er toe doet in het leven van de cliënt en naar de ruimte om die wensen te ondersteunen. In verbinding met de cliënt, zijn netwerk én de medewerkers. We hebben de handschoen opgepakt en bouwen inmiddels al een aantal jaren aan de omvorming van een regel- naar waardengedreven organisatie.
Zelfevaluatie
Inmiddels hebben we bijna de helft van alle procedures geschrapt. En haakten we in op een pilot van de VGN die ging over het anders verantwoorden van kwaliteit. Van het invullen van lijstjes naar zelfevaluatie. Kwam mooi uit, want daar zijn we nu precies mee bezig.
De nieuwe benadering leidt inmiddels tot veel enthousiasme onder onze medewerkers. Logisch, want nu draait het om het positief kritisch beoordelen van je eigen werk en houding. En dat is een stuk bevredigender dan het afvinken van prioriteiten die te vaak niets te maken hebben met wat je in je dagelijkse omgang met cliënten belangrijk vindt.
Om in jargon te blijven: we hebben het anker gelicht in de Angelsaksische haven en varen nu enthousiast op de open Rijnlandse wateren, met de wind in de zeilen. Maar ook beducht op een weersomslag. Want betekenisvolle dialogen en verbeteringen laten zich niet vangen in cijfers. En dat leidt er toe dat we lastig te vergelijken zijn met andere zorgorganisaties. En vergelijken, dat is toch waar het om draait bij beleid, verantwoording en inkoop? Of kan het toch anders?
Onderstroom
Je verantwoorden op basis van gedeelde waarden in plaats van hoofdzakelijk uitgaan van cijfers sluit aan bij de onderstroom die we bij meer zorgorganisaties zien die het verschil willen maken. Dat vraagt van toezichthouders en beleidmakers een vergelijkbare houding: ga vooral mee in de beweging van deze Rijnlandse stroom. Stel je ter plekke op de hoogte, ga in gesprek met cliënten, bezoek locaties, spreek verwanten en medewerkers en bevraag het management hoe zij betekenisvolle zorg bevorderen. Immers, ook beleidsmakers weten dat een dik pak cijfers nooit de essentie dekt van wat cliënten, verwanten en medewerkers als goede zorg ervaren. En de systeemwereld weet dat vertrouwen meer oplevert dan een construct dat in de kern op wantrouwen is gestoeld.
Onze nieuwe benadering gaat in essentie over de vraag waarvoor we in de zorg werken. En – je zou het haast bijvangst noemen – het levert tijdwinst op waardoor we méér persoonlijke aandacht aan onze cliënten kunnen schenken. Allemaal onvergelijkbaar waardevol.
Lid Raad van Bestuur Ipse de Bruggen
—
De Week van reflectie in de zorg en jeugdzorg, een bijzonder samenwerkingsverband van gezondheidszorg, jeugdzorg en opleidingen, vindt plaats van 21 tot en met 25 november 2016. Tijdens deze week vinden in het hele land inspirerende activiteiten plaats op het gebied van reflectie, ethiek & moreel beraad, en er is aandacht voor morele vragen in de dagelijkse praktijk. Een week lang staat goede zorg centraal. De Week van reflectie vindt inmiddels voor de negende keer plaats en is uitgegroeid tot een breed initiatief, waaraan wordt meegewerkt door zorginstellingen, jeugdzorgorganisaties, opleidingen en andere betrokkenen in het hele land.