Governance is goed geregeld, maar is ook het goede geregeld? Mist er niet een belangrijke stem? Een belangrijke stakeholder? Om wie het allemaal draait, namelijk de patiënt of de mogelijke patiënt, de burger, die graag wil dat er goede, toegankelijke zorg is als hij die nodig heeft!
Onlangs verschenen twee documenten over de governance in de zorg. De brancheorganisaties in de zorg brachten de herziene zorgbrede governancecode uit en IGZ en NZa schreven gezamenlijk een kadernota getiteld ‘Toezicht op Goed Bestuur’.
De governancecode formuleert een zevental principes voor raad van bestuur en raad van toezicht die bij toepassing een goede besturing waarborgen. De externe toezichthouders IGZ en NZa beschrijven in hun kaderstuk hoe zij willen toezien op goed bestuur door vanuit de eigen verantwoordelijkheid voor kwaliteit en veiligheid respectievelijk betaalbaarheid en toegankelijkheid van de zorg te kijken naar gedrag en cultuur in de instelling, de gebruikte systemen en de bereikte resultaten.
Zorg in goede handen?
Beide documenten zijn een weerslag van de discussies in de afgelopen jaren over de vraag of de zorg wel in goede handen is bij de bestuurders en toezichthouders van de zorginstellingen. Zijn zij niet te veel bezig met de markt- en concurrentiepositie van hun instelling? Hebben zij wel voldoende oog voor ‘waar het echt om gaat’, te weten goede zorg voor de cliënt? Zowel de principes uit de code als de toetsingscriteria van de externe toezichthouders stellen nadrukkelijk dit laatste centraal. Goed bestuur heeft als resultaat dat er goede en veilige zorg wordt geboden, aldus de IGZ en NZa. Goed geregeld dus.
Maar is ook het goede geregeld? Mist er niet een belangrijke stem? Een belangrijke stakeholder? Om wie het allemaal draait, namelijk de patiënt of de mogelijke patiënt, de burger, die graag wil dat er goede, toegankelijke zorg is als hij die nodig heeft!
Paternalistische cultuur
In de nota van de IGZ/NZa staat dat onderdeel van het professioneel handelen van de zorgverlener is dat hij goed communiceert met de patiënt en zoveel mogelijk aansluit op diens leefwereld. De code spreekt uit dat zorg- en dienstverlening tot stand komt in dialoog en samenwerking tussen zorgverlener en cliënt, waar nodig in samenwerking met zijn verwanten of naasten. Samen beslissen, in de spreekkamer, maar waar is die stem buiten de spreekkamer?
Hoe kunnen burgers, cliënten en patiënten een rol spelen in de dialoog over kwaliteit en veiligheid of betaalbaarheid en toegankelijkheid van de zorg? Zorgaanbieders of zorgverzekeraars leggen geen verantwoording af aan hen. Bij de introductie van het nieuwe zorgstelsel in 2006 werd het nieuwe speelveld vaak getekend als een driehoek met op de drie punten respectievelijk de zorgaanbieders, de zorgverzekeraars en zorgvragers-burgers. Zij zouden gezamenlijk bepalen hoe de zorg vorm zou krijgen binnen het nieuwe stelsel. In de praktijk echter spreken de zorgverzekeraars namens hun verzekerden en de zorgaanbieders namens hun cliënten en weten zij samen wat goed voor hen is, een restant van een paternalistische cultuur in de zorg en ver weg van ‘samen beslissen’.
Eigenaar van de zorg
Deze gang van zaken staat haaks op de veranderingen in de maatschappij waar steeds meer eigen verantwoordelijkheid wordt gevraagd van mensen en waar mensen ook steeds meer eigen regie verlangen. Dit uit zich onder andere in een sterke groei van zorgcoöperaties opgericht vanuit burgerinitiatieven. Participeren betekent voor hen niet alleen meedoen maar ook eigenaarschap, een rol hebben in het vaststellen van wat kwaliteit is en hoe daarover verantwoording wordt afgelegd. Zij vragen zich af: ‘wie is er eigenlijk eigenaar van de zorg? En aan wie en hoe verantwoordt die zich aan hen die zorg ontvangen?’
Het perspectief van de cliënt krijgt op dit moment meestal vorm via de medezeggenschap in de vorm van een cliëntenraad en met een lid in de raad van toezicht op voordracht van de cliëntenraad. De inrichting van ons zorgstelsel en de maatschappelijke veranderingen vragen echter meer! Goede en duurzame gezondheidszorg vraagt niet alleen een inspanning van de aanbieders en verzekeraars maar een gezamenlijke met de (toekomstige) gebruikers.
Nu we het voor nu goed geregeld hebben moeten we snel aan de slag voor de toekomst die natuurlijk al begonnen is. Op weg naar een volgende code en kader met governanceprincipes voor zorgnetwerken met verschillende zorgaanbieders en zorgcoöperaties van burgers die mee willen doen bij de inkoop door de verzekeraars en de gemeenten!
Voorzitter raad van bestuur GGZ Centraal en voorzitter NVZD Governancecommissie