Innovatieve geneesmiddelenmakers werken aan gerichte middelen voor steeds kleinere patiëntenaantallen. Echt maatwerk dus. Dat heeft wel een prijskaartje. Tegelijkertijd koppelen veel mensen de rendementen van farmaceutische bedrijven aan de hoge kosten van bepaalde innovatieve geneesmiddelen. Kan het niet met wat minder winst zodat deze geneesmiddelen goedkoper worden?
Het is evident dat geneesmiddelen van grote waarde zijn voor individuele patiënten. Ze verhogen de kwaliteit van leven bij chronische aandoeningen en steeds meer levensbedreigende ziektes kunnen bedwongen worden.
Het huidige systeem leidt weliswaar tot goede innovaties van geneesmiddelenmakers; maar de economische ratio van het bestaande model is ook dat de geneesmiddelenindustrie zeer kapitaalsintensief is. Het ontwikkelen van nieuwe geneesmiddelen duurt jaren en de uitkomst is onzeker. Dat vraagt om investeerders met uithoudingsvermogen. Tegenover hun inleg om geneesmiddeleninnovatie mogelijk te maken, staat dan een relatief hoog rendement.
Lager rendement
Economen en analisten verwachten dat een lager rendement simpelweg leidt tot minder ondersteuning van de kapitaalmarkten. En dus ook minder mogelijkheden voor reserach & development om nieuwe geneesmiddelen te ontwikkelen. Een systeembreuk door met een radicaal ander model te werken, lijkt daarom een nogal riskante onderneming met mogelijk grote gevolgen voor de instroom van nieuwe innovatieve geneesmiddelen. De uitdaging is om te zorgen voor voldoende kapitaal om nieuwe geneesmiddelen ook in de toekomst te blijven ontwikkelen en tegelijkertijd werken aan duurzaam betaalbare zorg.
Een model waarop we meer kunnen inzetten is het patiënt-model. Een manier van werken die er voor zorgt dat nieuwe geneesmiddelen sneller toegankelijk zijn voor patiënten, vooral in de oncologie. Ook nieuwe middelen die nog niet getest zijn voor hun specifieke soort kanker. We onderzoeken dan samen met de behandelende arts wat de gevolgen van het middel zijn. Als blijkt dat het effectief is kan het breder worden toegelaten. Als de effectiviteit tegenvalt, of als er ongunstige bijwerkingen zijn, kan de indicatie weer worden beperkt. Maatwerk dus.
Deze vorm van adaptive licensing, is door de Europese en Amerikaanse registratieautoriteiten inmiddels ingevoerd voor een beperkt aantal middelen. EFPIA, de koepel van farmaceutische brancheverenigingen in Europa, wil in gesprek gaan over de toekomst van de oncologische zorg. Door de beste experts en alle relevante partijen aan tafel te krijgen om te onderzoeken of we een gemeenschappelijke agenda kunnen ontwikkelen. Nefarma sluit zich hier graag bij aan.
Paraplumodel
Een andere manier om dure geneesmiddelen toegankelijk te maken voor een grotere groep patiënten is het paraplu-model. Dat noemen we zo omdat we alle patiënten die baat kunnen hebben bij een bepaald, nieuw geneesmiddel onder één financiële paraplu zetten: bijvoorbeeld door een vast bedrag per jaar voor het geneesmiddelenbedrijf. Of een vast bedrag per patiënt. Of per patiëntengroep. Dit model bouwt voort op de soms al in gebruik zijnde pay-for-benefit- overeenkomsten of decentrale overeenkomsten op maat. Uitgaven zijn beter beheersbaar en meer patiënten profiteren; en als een middel niet werkt hoeft de samenleving er niet voor te betalen.
Sinds 1 juni heeft de overheid een werkgroep beheersinstrumentarium zorguitgaven. De werkgroep moet komen met voorstellen tot beheerste uitgavenontwikkeling en verbetering van de doelmatigheid van de zorg. Met deze twee modellen kan de werkgroep alvast aan de slag.
Maximale gezondheidswinst voor patiënten, het bieden van betere kwaliteit van leven en genezing door nieuwe geneesmiddelen; én het duurzaam betaalbaar houden van de zorg vormen de stip op de horizon. Ook voor de geneesmiddelensector.
Vicevoorzitter Nefarma en algemeen directeur Takeda Nederland