Bij internationaal vergelijkende gezondheidsonderzoeken is het niet heel duidelijk wat de rol van het zorgstelsel van een land is. Om dit voor Nederland inzichtelijk te maken, heeft De Argumentenfabriek ‘Zó werkt de zorg in Nederland’ vertaald naar het Engels.
Het nieuws over de kwaliteit van de Nederlandse zorg bijhouden, voelt soms als wegzakken in een moeras vol feiten en onderzoeken. Laat ik een voorbeeld geven. De Nederlandse kankerpatiënt wordt gelukkig niet te lang doorbehandeld, bleek uit een internationaal onderzoek waarover de Volkskrant onlangs berichtte. Tegelijkertijd maakte actualiteitenrubriek Nieuwsuur in een reeks verhalen over de toegang tot de hospices een uitzending over het feit dat artsen te lang doorbehandelen. Verwarrend, al kunnen beide conclusies natuurlijk waar zijn. Het is maar waar je wat vergelijkt. We kunnen het beter doen dan andere landen maar dat wil niet zeggen dat we toch te lang doorbehandelen.
Alles uit de kast
Statistieken lijken objectief, maar vertellen slechts een deel van het verhaal. Alleen al het perspectief waarmee je naar de cijfers kijkt is van belang. Zo hield een aantal Belgische artsen een tijdje terug en kritisch verhaal in de Nederlandse media over hun Nederlandse collega’s die niet alles uit de kast zouden halen voor kankerpatiënten. Met als gevolg dat Nederlandse ‘uitbehandelde’ patiënten de grens over gingen om in België een behandeling te krijgen. Wij geven niet zo snel op, was de Belgische boodschap. Wat dat die uitgeweken Nederlanders opleverde, konden de criticasters alleen niet vertellen. Wie leverde hier nou goede zorg?
Bij internationaal vergelijkend onderzoek naar de kwaliteit van zorg is de vraag wat je nou precies vergelijkt nog veel dwingender. Cultuur, wet- en regelgeving, kosten en toegankelijkheid van de zorg spelen dan allemaal een rol. Zo scoort Nederland slecht in het rijtje met ‘incidentie borstkanker’. In een Europese vergelijking met dertig landen staan we op een vierde plek wat betreft het percentage vrouwen dat borstkanker krijgt (cijfers 2012).
Een verklaring daarvoor is dat Nederlandse vrouwen relatief laat kinderen krijgen en relatief weinig borstvoeding geven ten opzichte van andere Europese landen (cultuur!). Zonder die duiding weet je dus niet wat er aan de hand is. Geruststellend is dan wel weer dat Nederland op plek vijf staat bij het aantal vrouwen met borstkanker dat na vijf jaar nog in leven is. Daarbij speelt volgens onderzoekers het hoge kennisniveau over borstkanker een rol. En er zijn internationaal duidelijke verschillen in het vroegtijdig opsporen van borstkanker door screeningsprogramma’s (regelgeving!).
Het perfecte zorgstelsel
Minder duidelijk bij internationaal vergelijkende gezondheidsonderzoeken is wat de rol van het zorgstelsel van een land is. Dit stelsel heeft bijvoorbeeld direct gevolgen voor toegang tot de zorg (wachttijden), kosten (eigen bijdrage) en samenwerking tussen zorgverleners (concurrentie). KPMG kwam onlangs tot de conclusie dat het Nederlandse zorgstelsel over het algemeen wel goed is maar ‘niet excelleert’. Geen enkel element uit het Nederlandse zorgsysteem zou onderdeel uitmaken van het perfecte zorgstelsel. Een combinatie van elementen uit stelsels van onder meer Israël, Japan, Frankrijk, Zwitserland, Australië en Scandinavische landen zou perfectie opleveren, stelt KPMG.
Het is interessant om te weten hoe al die landen met ‘perfecte elementen’ naar ons stelsel kijken. Zien zij misschien wel pareltjes bij ons? Dat vereist wel dat ze weten hoe ons best complexe zorgstelsel in elkaar zit en weten wat er het afgelopen jaar allemaal is veranderd. De onderzoekers die deze handschoen oppakken, kunnen daarbij nu gebruik maken van het boek: This is how Dutch healthcare works (Atlas of the healthcare system in The Netherlands).
Het is de vertaling van ‘Zó werkt de zorg in Nederland’ het visuele kaartenboek dat we bij De Argumentenfabriek vorig jaar hebben uitgebracht. Zó werkt de zorg legt helder uit hoe de gezondheidszorg in Nederland is georganiseerd. Al meer dan 10 duizend mensen maken er gebruik van. Als de onderzoekers daar de informatie over hun eigen zorgstelsel naast leggen, dan kunnen we ongetwijfeld van elkaar leren. En nuttige vergelijkingen maken zodat de nieuwsvolger tenminste vaste grond onder de voeten heeft.
Chef Zorg bij De Argumentenfabriek