Je wilt van je flitsverklikker niet weten dat je 200 meter geleden met een te hoge snelheid een flitser bent gepasseerd. Die flitsmelding wil je ruim van te voren krijgen, zodat je je snelheid kunt minderen indien nodig.
In de financiële administratie is dat niet anders. Medewerkers moeten op tijd de juiste informatie krijgen zodat ze beslissingen kunnen nemen die het belang van de cliënt dienen en financieel verantwoord zijn,
Zorgmedewerkers krijgen steeds meer met financiën te maken. In het AWBZ-tijdperk waren er standaard budgetten. Nu, met de Wmo en Wlz verandert dat. Er zijn diverse financiers van de zorg en iedereen verlangt verantwoordingsinformatie. Van aanbod- naar vraaggerichte zorg vergt ook financieel inzicht van zorgmedewerkers. De wensen van de cliënt achterhalen kan gewoon tijdens een gesprek. Die leg je vast in het ECD. Maar de beantwoording van de vraag of die wensen betaalbaar zijn, dat moet de zorgmedewerker ook kunnen afwegen. Hoe maak ik de afweging of dat wel of niet kan? Die afweging ligt bij SOVAK, waar ik werkzaam ben, nu nog vaak bij de leidinggevende maar we willen die verschuiven richting de zorgmedewerkers.
Financiële component
Want als je als zorgmedewerker wilt kunnen reageren op individuele vragen, dan moet je ook de financiële component in je antwoord meenemen. Je wilt dan niet hele tijd terug naar iemand die daarover een beslissing moet nemen. Overigens vind ik niet dat we toe moeten een individueel rekenmodel. Dat kan ook niet want als een zorgverlener de ene dag gaat wandelen met twee cliënten en de volgende dag met zes, is die wandeling dan ineens duurder? Dat moeten we niet willen. We kunnen wel kijken naar wat financieel mogelijk is wel over een periode. Wij hebben acht zorgzwaartepakketten in onze branche maar veel meer typen cliënten. Die hebben de ene week een grotere zorgbehoefte dan de andere. Dan moet je niet per cliënt per dag gaan sturen maar over een iets langere periode. Dat is realistischer.
Vooruitkijken is belangrijk, maar niet te ver, want we willen kort cyclisch sturen. Als er bijvoorbeeld de komende maand weinig verandert, dan wil ik zien wat er gepland staat aan zorg door welke medewerkers om ook ‘what if scenario’s’ kunnen maken over de kosten. Achteruit kijken heeft als groot nadeel dat je enkel kunt verklaren waarom iets is gebeurd en bijsturen is niet mogelijk.
Begroting
Daarom ben ik ook geen voorstander van begroten. Je maakt namelijk jaarlijks een inschatting van de toekomst. We moeten sturen op wat we begroot hebben overboord zetten. Als je drie maanden goed vooruit kunt kijken, heb je geen begroting nodig. De inschatting van de toekomst is dan je uitgangspunt en je blijft continu vanuit de toekomst kijken. Vragen zaken om bijsturing? Dan kan je bijtijds de juiste maatregelen nemen. Van de begroting die ik nu opstel, weet ik pas in november volgend jaar of ik die gefinancierd ga krijgen. Dat is geen goede zaak, noch voor ons als zorgaanbieder, noch voor de gemeenten, noch voor de cliënt.
In het bedrijfsleven is financieel vooruitkijken standaard. Daar moeten we als zorgorganisatie ook naar toe. Dat maakt ons klantgerichter want we moeten sneller reageren op veranderingen. Dus niet meer zeggen dat bepaalde zaken niet kunnen omdat ze pas in de begroting van volgend jaar zijn opgenomen maar kijken wat nu nodig en mogelijk is. De uitvoerder moet maximaal ondersteund worden in zijn taken. Dat betekent direct inzicht in de financiën van de zorg van een cliënt zodat de zorgverlener wendbaar is en beter in staat is om de juiste beslissingen te nemen die ook financieel verantwoord zijn. Daar willen we bij SOVAK naartoe. Er zijn nog wel wat technische uitdagingen maar daar komen we wel uit.
Renée Pots
Manager Financiën, Informatie en Control bij SOVAK