Transitie betekent eigenlijk ‘overgang’; inderdaad, met opvliegers en slapeloze nachten. De overgang is een onomkeerbare verandering: het einde van de mogelijkheid tot reproductie. Je moet je bestaansgronden opnieuw uitvinden.
We zien dat momenteel ook in de zorg, maatschappelijke ondersteuning, de jeugdzorg, en enkele aanpalende velden. We kunnen niet meer terug en moeten onze bestaansgronden opnieuw uitvinden, onszelf transformeren. En dat moet ook echt gebeuren. Het cliché ‘als je doet wat je deed, krijg je wat je kreeg’ is meer dan ooit van toepassing. De vraag is waarheen we transformeren?
Duizend bloemen
Het lijkt dat VWS voor een evolutionaire ontwikkeling gaat, waarbij we ‘duizend bloemen’ laten bloeien in de hoop dat daar iets goeds uit voort komt. De tweehonderd experimenten in de verpleeghuiszorg, waarbij buiten de lijntjes van de bestaande wet- en regelgeving gekleurd mag worden, getuigen daarvan. Nu heeft die strategie China veel voorspoed gebracht. Maar dat wil nog niet zeggen dat dat voor ons ook gaat werken. Bij ons bloeien al veel bloemen, probleem is dat het onkruid van overmatige regelgeving die bloemen dreigt te overwoekeren. Het gaat om regelgeving van niet alleen de rijksoverheid, maar vooral ook van lagere overheden en systeempartijen als Inspectie, verzekeraars, zorgkantoren, de ACM, de NZa, het CAK, het CIZ, het CIBG, de SVB, het Zorginstituut Nederland, de CAO-partijen, en ook aanbieders van zorg en welzijn en beroepsbeoefenaren afzonderlijk. Door meer bloemen te laten groeien, lossen we dat probleem niet op. Volgens mij moeten we ons zorg- en welzijnstuintje wezenlijk gaan herontwerpen en flink gaan schoffelen; en dan zal er helaas wel eens een fraai plantje sneuvelen.
De elementen voor het tuintje zijn wel duidelijk: zelfredzaamheid, eigen regie, participatie, meer voor elkaar zorgen, kwaliteit van zorg, kwaliteit van leven en welbevinden en – voor wie niet (meer) zelfredzaam kan zijn – ondersteuning of passende zorg. En: financiële houdbaarheid. Het zijn in wezen emancipatoire doelen, die passen bij een einde aan paternalisme en betutteling.
Beleidsbetutteling
De nieuwe wetgeving en de systeempartijen die daaraan meewerken doen het omgekeerde, ze introduceren meer beleidsbetutteling en paternalisme via processen als inkopen en verantwoorden. Mensen die zorg en hulp nodig hebben, worden geacht zo veel mogelijk zelf doen, terecht. Maar inkopen op basis van door henzelf beoordeelde kwaliteit en zich verantwoorden vragen we niet van hen. Dat laten we machtige systeempartijen doen, partijen die feitelijk leven van beleidsbetutteling en paternalisme.
Licence to operate
We moeten terug naar de bedoeling van de wetgever en naar wat we als samenleving willen. Wat moeten we regelen? Volgens mij draait het er om dat de toegang tot de zorg onafhankelijk wordt vastgesteld, dat zorgaanbieders een extern getoetste licence to operate hebben, dat zij rechtstreeks verantwoorden aan de cliënt, dat de cliënt maximale keuze- en contracteervrijheid heeft op basis van een eigen oordeel over de kwaliteit, dat de betaling voor de zorg de keuze van de cliënt volgt en dat die eenvoudig geregeld wordt. Meer is het niet.
Dus niet meer centraal aanbesteden en inkopen, geen voorwaarden meer voor zorgaanbieders die per verzekeraar, zorgkantoor of gemeente verschillen, zorgvragers die in principe zelf inkopen (of dat door hun vertegenwoordigers laten doen als ze niet in staat zijn zelf te beslissen), aanbieders die aan zorgvragers verantwoorden, partijen die gewoon kunnen samenwerken. Een overheid en systeempartijen met de handen op de rug.
Bevrijding
Dat klinkt als een bevrijding voor zorgvragers en zorgaanbieders. Maar het is niet alleen naar rozengeur en maneschijn, wanneer we getransformeerd zijn en niet meer betuttelen. Er zal ook veel onzekerheid komen en het zal veel flexibiliteit van beide partijen vragen: zorgvragers en aanbieders. Sommige aanbieders zullen gaan als een speer, andere zullen het niet aan kunnen, kopje onder gaan. Nee, na de overgang wordt het echt niet makkelijker. En die opvliegers en slapeloze nachten? Die zijn zomaar niet voorbij; daar moeten we ons helaas bij neerleggen, ook bij deze overgang.
Lid raad van bestuur Vilans
—
Henk Nies droeg bovenstaande column voor bij het Skipr congres ‘Transitie is nog lang geen transformatie’ op 12 juni 2015 in Amersfoort.