Deze week is het weer de Nationale Week van Zorg en Welzijn. De week waarbij vele zorg- en welzijnsorganisaties hun deuren openzette voor het grote publiek. Zo kunnen ook niet-patiënten en niet-cliënten zien hoe het er in zorginstelling aan toe gaat, wat deze instellingen aan hun klandizie bieden en hoe het is om te werken in zorg en welzijn.
Ik hoop van harte dat velen deze kans grijpen om de zorg van binnen te zien. Als deze week echter in de behoefte voorziet om Nederland bekend te maken met de binnenkant van de zorg, moeten we ons wellicht zorgen maken. Een sterk toenemend deel van die zorg is namelijk al elke dag te zien, in je eigen omgeving!
Zelfstandig
Als gevolg van technologische ontwikkelingen, overheidsbeleid en uiteraard de wens van velen om zo lang mogelijk thuis en ‘zelfstandig’ te wonen, blijven wij Nederlanders zo lang mogelijk buiten verzorgings- en verpleeghuizen. Dat lukt echter alleen als er voldoende mantelzorg is. Zorg van familie, vrienden en buurtgenoten die het mogelijk maken om langer thuis te wonen en minder snel ‘op te schalen’ in de zorg.
Een flink deel van deze mantelzorg wordt ook door zorgprofessionals gedaan. Daar waar gemiddeld 20% van de Nederlanders mantelzorgteken uitvoert, ligt dat percentage onder zorgmedewerkers op 30%. Van de medewerkers in de VVT sector verricht zelfs bijna 40% ook nog mantelzorgtaken. En bijna de helft van hen doet dat naast een baan van 30 uur per week of meer (zie ook de publicatie Zorg voor de mantelzorger). Voor deze medewerkers in de zorg is het dus eigenlijk twee weken in één! Een reden om hen deze week dan ook dubbel in het zonnetje te zetten en te zorgen dat het ook voor hen ‘welzijn’ blijft!
Dominique Vijverberg