Professionalisering en verzakelijking in ziekenhuizen zijn onvermijdelijk. Ook HR-beleid en instrumenten gaan mee in die ontwikkeling. Dat is goed. Maar houden we wel oog voor de mens achter de medewerker? Ik pleit voor gewoon een goed gesprek, zonder pen, papier en tablet computer.
NRC Handelsblad publiceert op 2 april jl. de brief van een huisarts in ruste aan Minister Schippers. Het is een brief die mijn bewondering opwekt. Deze man slaagt erin te verwoorden wat mij al geruime tijd een onbehaaglijk gevoel geeft: de anonimisering van de ziekenhuiszorg. Tijdens zijn eigen ziekenhuisopname hoorde hij verpleegkundigen hun werk kwalificeren als ‘een productieproces in een fabriek’. Als patiënt merkte hij dat aandacht voor de mens achter de patiënt heeft plaatsgemaakt voor administratie, productie en efficiëntie.
Verpleegkundige
Personeelsbeleid is mijn vak. Dankzij de brief van deze huisarts vervang ik zijn vraag ‘Waar blijft de mens achter de patiënt’ door de vraag ‘waar blijft de mens achter de verpleegkundige’? Ik merk bij verpleegkundigen steeds vaker dezelfde leegte als die de huisarts voelde toen hij patiënt werd. Passie verdwijnt. Ik vind dat zorgelijk.
Strategisch beleid
Als HR-vakman zie ik het personeelsbeleid in ziekenhuizen opschuiven van operationeel personeelsbeleid naar strategisch HR-beleid. Dat is goed. Het past bij de complexe en veranderlijke omgeving waarin een ziekenhuis opereert. Ik ben van mening dat strategisch HR-beleid nodig is en geef er advies over. Maar ik ben ook van mening dat de professionalisering van het HR-beleid is doorgeschoten. Persoonlijke ontwikkeling en groei, vitaliteit, resultaatgestuurd leiderschap, het jaargesprek zijn verworden tot instrumenten en checklists. Elk instrument heeft een handleiding, quick reference card of format voor verslaglegging. Ik onderschrijf het nut en de noodzaak hiervan. Maar mogen we in ziekenhuizen alsjeblieft weer iets meer oog voor elkaar hebben? Hoe lang is het geleden dat u, beste lezer van dit blog, voor het laatst aan een ander heeft gevraagd wat hem of haar drijft in dit vak? Of waarop hij/zij trots is in het werk?
Naar mijn mening ontbreekt het aan tijd voor gewoon een goed gesprek. Onder een goed gesprek versta ik een gesprek zonder specifieke agenda, maar met ruimte voor open vragen en met aandacht voor elkaar. Dus zonder pen en papier en zonder tablet computer. Hoe vaak? Als er behoefte aan is. En waar? Liefst niet in een vergaderkamer met stoelen en een tafel, maar zittend op relaxte bankstellen. Is dat soft? Ja. Is dat erg? Nee, zolang we het gewone goede gesprek maar combineren met de toepassing van de andere professionele en waardevolle instrumenten die het HR-beleid heeft voortgebracht. Als dat lukt, is het gewone goede gesprek net zo professioneel.
Erik Jan van Dalen
Organisatieadviseur in de zorg