Pakken de verzekeraars eindelijk hun regierol eens ferm op en Zorgland Nederland is meteen in rep en roer. SEH’s moeten gesloten worden, IC’s moeten dicht en complexe ingrepen moeten zoveel mogelijk op één plek in een regio gebeuren.
Het meest in het oog springend is de concentratie van de CVA zorg (Cerebro Vasculair Accident ofwel zorg na een beroerte), die al rond lijkt in de regio Rotterdam. De emoties laaien hoog op en het verstand gaat op nul. Maar wie rustig blijft nadenken ontdekt dat er iets raars aan de hand is.
Concentratie van CVA zorg is volstrekt zinloos. Het betreft hier namelijk in het geheel geen complexe ingreep. Een kind kan de was doen. De neurologen uit het Rijnland ziekenhuis hebben dit in Medisch Contact al mooi beschreven. Verder is vooral tijd belangrijk; hoe sneller behandeld wordt hoe beter, dus het verkorten van de reistijd door juist niet te concentreren is daarmee bewezen beter. Bij CVA zorg hebben we hele goede kwaliteitsindicatoren. We weten dus precies waar het goed gedaan wordt. Dus waarom terugvallen op één enkele hele globale, botte en in vele gevallen niet gevalideerde kwaliteitsindicator namelijk: “hoe meer hoe beter”? Kiezen voor instellingen met de beste resultaten is begrijpelijk. Kiezen voor concentreren, dus een langere reistijd en daardoor een latere en daarmee slechtere behandeling, is onbegrijpelijk. Dat weten de verzekeraars ook wel, want die hebben zich de afgelopen jaren behoorlijk ingelezen in de zorg.
1 aprilgrap
Er moet dus gewoon wat anders aan de hand zijn. Mijn eerste serieuze werkhypothese is dat het hier een zeer goed uitgewerkte 1 aprilgrap betreft. Hij voldoet als dat het geval is namelijk wel aan alle belangrijke kwaliteitscriteria. De eerste is dat je hem tijdig moet inzetten. De laatste week van maart is echt te laat; zelfs de grootste sukkel heeft hem dan door. Twee maanden is mooi: Over twee maanden komen we met het definitieve plan! Niemand heeft door dat het dan 1 april is. Ten tweede moet je mensen emotioneel echt hard raken; daarvan gaat het verstand namelijk op nul. En al zeker het tijdsbesef. Ook dat is helemaal gelukt. Als je tegen een medisch specialist zegt dat hij weer moet stoppen als hij net met zijn team en met veel inspanning een heel mooi en super functionerend multidisciplinair zorgtraject heeft opgezet met mooie scores op de kwaliteitsindicatoren, dan komt dat heel erg hard aan. Vooral als de patiënten zonder ook maar naar de kwaliteit te kijken naar een willekeurige concurrent gaan. Als laatste moeten een aantal betrokkenen het spel wel goed meespelen. Bijvoorbeeld de overheid en vooral Tweede Kamerleden die roepen dat het goed is dat de verzekeraars hun rol eens oppakken en dat ziekenhuizen niet moeten zeuren. Of een ziekenhuisdirecteur die zegt dat het goed is voor de kwaliteit als alle zorg uit de regio naar zijn ziekenhuis komt. Ik ben een groot liefhebber van de betere 1 aprilgrap, dus ik kan er wel om lachten.
Onderhandelingsstrategie
Maar er is nog een werkhypothese. Recent zag ik de film Django Unchained, een zeer bloederige Western met een inkijkje in de slavernij rond 1850. In deze film speelde een interessante onderhandelingsstrategie een belangrijke rol. Als iets voor jou van onschatbare waarde is en voor de eigenaar heel weinig waard is, dan loop je het risico dat de eigenaar daar heel veel voor gaat vragen. Hij heeft immers niks te verliezen en weet wel heel goed hoe belangrijk de deal voor jou is. De hoofdrolspeler wil in dit geval zijn vrouw terug die als slaaf voor de eigenaar heel weinig waard is. Om het risico van een veel te hoge prijs te vermijden verzint de tweede hoofdrolspeler als afleiding een andere, maar net wel betaalbare deal, waar voor beide partijen veel op het spel staat. De bedoeling is dan om elkaar met die andere deal bezig te houden, daarin ook een verlies te nemen, om vervolgens in de slipstream aan het einde van de onderhandelingen de belangrijkste deal (de vrouw) terloops en vooral voor redelijke prijs mee te nemen. Leonardo DiCaprio, in de derde hoofdrol als goedaardige slechterik, heeft het als verkoper aan het eind helaas door en er volgen bloederige vuurgevechten. Dat moeten we natuurlijk in ons geval niet hebben.
Wat willen de zorgverzekeraars?
Dus als we de analogie doortrekken dan is de vraag; wat willen de verzekeraars van ons dat voor hen heel veel waard is en voor ons als zorgverleners niet? Suggesties mogen uiteraard als reactie hieronder toegevoegd worden.
Jaap van den Heuvel
Lid raad van bestuur Stichting Reinier Haga Groep