Het jaar 2014 zat achter zijn bureau. Het was goed dat 2013 voorbij was. Hij herinnerde zich geen jaar waarin zo intensief in de zorg -en niet alleen daar- ‘gepolderd’ was. De convenanten gingen als warme broodjes over de toonbank en de Autoriteit Consument & Markt keek de andere kant uit. Maar het resultaat mocht er zijn.
Het sentiment over het beleid was positief: de indruk bestond dat de kosten in de hand gehouden werden en de hervormingen op een breed –in ieder geval Haags- draagvlak konden rekenen. Het nieuwe jaar kon zich voorlopig concentreren op het werk achter de schermen en dat kwam met de gemeenteraadsverkiezingen in het verschiet goed uit.
DBC’s gebed zonder eind
Er was eigenlijk maar één dossier dat zorgen baarde en dat was het ‘DBC-DOT’ gebeuren. Ieder jaar was er wel weer gedoe. Berekeningen die nergens op sloegen, upcoding van de zorgzwaarte om wat bij te verdienen, specialisten die de noodklok luidden, omdat ze daarvoor niet voor het vak gekozen hadden, torenhoge implementatiekosten die nauwelijks meer incidenteel te noemen waren en cliënten die er geen bal van snapten, ook al suggereerde de introductie van ‘DOT’ (dat stond voor: DBC’s op weg naar transparantie) dat de glasheldere factuur binnen handbereik was. Kortom het ‘DBC–DOT’ dossier leek een gebed zonder eind.
Gedeelde smart
Maar hoe het tij te keren. Het verleden had wel geleerd, dat een eenvoudig ‘njet’ daarvoor niet voldoende was. Niet alleen het transitietraject, maar ook de belangen van partijen waren te groot om het systeem zonder slag of stoot vaarwel te zeggen. Je zou ze de kost moeten geven die een dik besmeerde boterham aan de DBC’s verdienden. Dus moest 2014 een list verzinnen. Wellicht was de oplossing meer partijen voor de DBC-systematiek te interesseren. Een in de internationale politiek en financiële wereld beproefd middel om complexe producten met niet te overziene risico’s te delen. Gedeelde smart.
Rijksdienst rijp voor ABC
Na veel wikken en wegen concludeerde 2014 dat de Rijksdienst een kansrijk doelwit was. Al jaar en dag liepen de kosten uit de hand en net als in de zorg bleken ingeboekte bezuinigingen niet gehaald of afgewenteld te worden op uitvoeringsorganen. In de recent gepresenteerde “Staat van de Ambtelijke Dienst” gaf onder andere prof. Bekker –in de rijksdienst door de wol geverfd- een mooi inkijkje in het door het Rijk vooral ‘buiten Den Haag’ bezuinigen. De Rijksdienst was een ‘blok’ aan het been geworden en stond te springen om een nieuw bekostigingssysteem. Kortom de ‘ambtenaren bekostigingscombinatie’ (ABC’s) zou als geroepen komen.
Overeenkomsten tussen rijk en zorg
De DBC’s in de zorg waren verdeeld over behandelgroepen (hart- en vaatziekten, zenuwstelsel, etc.) en de tarieven gebaseerd op de honoraria van specialisten en die van de ondersteuning. Voor de berekening was het budgettair kader zorg kaderstellend. In de zorg waren zo’n 30.000 DBC’s. Dat was misschien wel een beetje veel, maar aan de andere kant waren ook de producten –wetten, beleidsnota’s, begrotingen, etc.- in de Rijksdienst complex en niet op een paar handen te tellen. 2014 ging er -naarmate hij er langer mee bezig was- nog in geloven ook. De overeenkomsten tussen het rijk en de zorgsectoren waren groter dan hij had gedacht. Als je maar genoeg abstraheerde.
Pikorde en Regeerakkoord
Als behandelgroepen in de rijksdienst konden de ministeries dienen. Historisch zat daar –net als bij de specialisten- al een hiërarchie in te beginnen met Financiën, dan Veiligheid en Justitie en daarna was de pikorde modegevoelig met Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties al geruime tijd als de rode lantaarndrager. Wat betreft de productstructuur kon een mooie mix gemaakt worden door de prioriteiten uit het Regeerakkoord te scoren in relatie tot de specialisatie en het (schaal)niveau van de ambtenaren. En de noodzaak de ondersteuning als afzonderlijk kostencomponent toe te rekenen, was er na de concentratie van facilitaire diensten in Den Haag toch al.
Integraal bekostigen en aanbesteden
Belangrijk voordeel van de ABC-systematiek was dat het totale traject van beleidsanalyse tot uitvoering werd geprijsd, zodat de eindeloze discussie over de verdeling van middelen over beleid en uitvoering van tafel was. En –maar daar moest hij niet mee te koop lopen- het systeem bood ook de mogelijkheid van aanbesteden binnen de Rijksdienst. Zo zou Economische Zaken op basis van een scherpe offerte de decentralisatie van het sociale domein gegund kunnen worden.
De NAR
De detaillering van de systematiek zou nog wel wat tijd vergen, maar daar hadden ze in de zorg ook jaren over gedaan. En die uitwerking was een mooie onderbouwing voor het inrichten van een onderhoudsorgaan dat de naam Nederlandse Autoriteit Rijksbekostiging (de NAR) zou dragen. De NAR zou ook moeten kijken naar uitzonderingen op de ABC-regel. Kamervragen mochten daarbij absoluut niet over het hoofd worden gezien. Vergelijkbaar met de spoedeisende hulp in de zorg.
Perspectief voor BZK en BKR
Door de huidige budgetten voor de rijksdienst te totaliseren, zou een budgettair kader (BKR) ontstaan waarbinnen bezuinigingen konden worden gerealiseerd. Een adequaat instrument om -zo leerde de zorg- de kosten in de hand te houden. Onderbrenging van het budget bij het ministerie van BZK was voor dit ministerie ook nog een kans om eindelijk van de rode lantaarn verlost te worden.
Het ‘gelijk van Bekker’
2014 zag het inmiddels helemaal zitten. Het was eigenlijk een ABC’tje. Er waren voldoende aanknopingspunten om een aantrekkelijk aanbod te doen. En waarom zou een Rijksdienst niet gecharmeerd zijn van een systeem dat ze elders had ingevoerd. Bijkomend voordeel was het ‘vooruitschuif’ effect, want zo’n grote operatie zou nu eenmaal een paar jaar vergen. Dus kon het Rijk voorlopig nog het ‘gelijk van Bekker’ bewijzen.