Het aantal wanbetalers voor de Zorgverzekeringswet piekt. Momenteel staat de teller op 319.000. De bij tijd en wijle opkomende storm in een glas water over het aantal wanbetalers leidt af van de ware problematiek. De oplossing? Betere preventie én een moedig politiek besluit.
Buiten kijf staat dat Nederlanders die om wat voor reden niet meer meebetalen aan het zorgverzekeringssysteem een probleem vormen. Ze ondermijnen de solidariteit in het systeem en drijven de kosten voor betalers van de verzekeringspremie op.
Er zijn echter grofweg twee redenen om niet alleen naar de cijfers te kijken. Op de eerste plaats schommelt het aantal wanbetalers in de Zorgverzekeringswet al jaren rond de 300.000 Nederlanders. Eind december 2011 waren er 304.000 wanbetalers. Per 1 juni van dit jaar 315.000. En nu dus een piek van 319.000, met in het achterhoofd een groeiende bevolking en uitzonderlijk zwaar economisch tij. Een soortgelijke ontwikkeling treffen we ook – of nog sterker – op andere domeinen, zoals bij hypotheken. Qua ontwikkeling van het aantal niet schokkend dus.
Vangnetregeling
Op de tweede plaats is het ware aantal mensen met premieachterstand met zekerheid nog veel groter dan huidige officiële cijfers doen vermoeden. Immers, alleen mensen die in de vangnetregeling bij het College voor Zorgverzekeringen (CVZ) belanden worden officieel als wanbetaler geregistreerd. Voor hen treedt een systeem van bestuursrechtelijke premie-inning (bronheffing) in werking. Iedereen die op een andere wijze betalingsachterstand heeft en/of een betalingsregeling heeft getroffen, bijvoorbeeld met zijn zorgverzekeraar, telt niet mee. Het is daarom beter om op het werkelijke probleem te focussen in plaats van puur op de cijfers.
Kijken we naar de officiële wanbetalers bij het CVZ, dan zien we twee groepen. Eén groep betreft de harde kern, mensen die veelal een multi schuldenproblematiek kennen en al jaren in de bronheffing zitten, en een andere groep passanten in die regeling. Het overgrote deel van de harde kern betaalt al jaren niet, broninhouding lukt niet en incasso door het CJIB evenmin. De (oninbare) schuld groeit gestaag en mensen komen in een uitzichtloze situatie zonder uitweg. De andere groep betreft mensen die slechts tijdelijk, soms met regelmaat, in de bronheffing belanden. Zij willen uit hun benaderde situatie en treffen daarvoor een regeling. En dan hebben we nog niet over de groep die officieel geen wanbetaler is omdat preventieve maatregelen van de zorgverzekeraar ze (voorlopig) uit de bronheffing houden.
Samenwerking
Waarom deze tweedeling? Omdat er geen unieke oplossing is. Overall is het systeem en het individu erbij gebaat als wanbetaling zo snel mogelijk wordt gesignaleerd zodat maatregelen kunnen worden getroffen. De wanbetalersregeling kent al een preventief deel maar de werking daarvan kan stukken beter. De sleutel daartoe ligt bij een betere samenwerking tussen zorgverzekeraars, (lokale) overheden en schuldhulpverleners. Uit projecten zoals Vroeg eropaf in Amsterdam blijkt dat innige samenwerking tussen deze partijen en snelle respons helpen om erger te voorkomen.
Het probleem van de harde kern is fundamenteel anders. Hier zitten we met een groep mensen die al jaren niet meer meedoet in het systeem. Dat is een welhaast bewuste politieke en maatschappelijke keuze. Accepteren we dat dit zo is? Of gaan we voor deze mensen ook een way out organiseren. Dat gaat dan verder dan het optimaliseren van het preventieve systeem, maar vergt een moedig politiek besluit. Doen we dat niet, dan resteert maatschappelijke berusting.
Ed Maagdelijn
Partner bij ZorgVuldig Advies