Er zijn van die onderwerpen die je echt raken. Kindermishandeling is er daar één van: het besef dat er dagelijks baby’s, peuters, kleuters, kinderen en tieners zijn die in een onveilige omgeving opgroeien. Die geen aandacht krijgen, geslagen of geschopt worden, onvoldoende te eten krijgen of niet geholpen worden bij pijn, angst of verdriet.
Elke keer als ik de cijfers voor Nederland op me laat inwerken, draait mijn maag om. We weten dat elk jaar opnieuw meer dan 100.000 kinderen in Nederland mishandeld worden. Hoe kán dit? Hoe kan het dat elke Nederlandse schoolklas gemiddeld één kind telt dat mishandeld wordt? En bijna belangrijker nog: hoe krijgen we deze aantallen omlaag?
Op zoek naar de volgende fles
Eén van de mensen die hier goed over heeft nagedacht, is Hester Diderich van het Medisch Centrum Haaglanden. Tijdens haar werk als verpleegkundige op de afdeling Spoedeisende Hulp (SEH) zag zij regelmatig ouders van wie zij vermoedde dat zij onvoldoende in staat waren hun kind(eren) veilig op te voeden, maar in het ziekenhuis vond zij weinig handvatten om iets met die vermoedens te doen. Totdat een voorval haar zes jaar geleden zo raakte, dat zij contact zocht met het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK).
Elke keer als Diderich dit verhaal vertelt, ziet ze de beelden weer voor zich. Tijdens een nachtdienst werd er ’s nachts een dronken vrouw binnengebracht, samen met haar zoontje. De moeder had haar hoofd aan een keukenkastje gestoten, op zoek naar de volgende fles. Omdat het achtjarige kereltje niet alleen thuis kon blijven, hadden de ambulancebroeders hem maar meegenomen. Gedurende de nacht bleef de jongen dicht bij zijn moeder zitten, op een krukje naast haar bed. Toen de moeder de volgende ochtend weer naar huis mocht, verwachtte Diderich dat de jongen blij zou zijn, maar tot haar verbazing klampte hij zich aan verscheidene collega’s vast. De jongen was bang om naar huis te gaan.
Dit nooit meer
Op dat moment liet Diderich moeder en kind toch gaan, omdat ze dacht dat ze niks kon doen. Navraag bij een AMK-medewerker leerde haar echter dat ze de situatie wel degelijk had kunnen melden, ook al zag ze geen signalen van kindermishandeling bij het kind zelf.
Dit nooit meer, dacht Diderich. Samen met het AMK ontwikkelden zij en haar collega’s een protocol dat SEH-medewerkers kunnen gebruiken om kindermishandeling op basis van signalen bij de ouders te signaleren. Volgens dit protocol is er sprake van een zorgwekkende thuissituatie voor het kind als de vader of moeder a) slachtoffer is van huiselijk geweld, b) een suïcidepoging heeft gedaan of c) te veel drugs of alcohol heeft gebruikt. Als een ouder een van deze kenmerken heeft, meldt de SEH-medewerker het kind of de kinderen aan bij het AMK.
Effectonderzoek
Het is de verdienst van deze initiatiefnemers dat zij het protocol niet alleen gingen gebruiken en promoten, maar ook onderzoeken. Voor dit effectonderzoek, waarvan de resultaten maandag 3 juni tijdens het symposium ‘Komt een ouder bij de dokter’ zijn gepresenteerd, krijgt projectleider Diderich van ZonMw een Parel. Enkele malen per jaar zet ZonMw op deze manier een bijzonder project in de schijnwerpers – omdat het vernieuwend is, maatschappelijk relevant en met resultaten die goed overdraagbaar zijn. Om dezelfde redenen reikte staatssecretaris Martin van Rijn de Parel uit – kindermishandeling heeft bij VWS grote prioriteit.
Veelbelovend
Want de resultaten zijn veelbelovend. Bij 91 procent van de kinderen die door de hulpverleners op basis van het protocol bij het AMK gemeld worden, blijkt de melding inderdaad terecht. Driekwart van deze kinderen was eerder nog niet bij een AMK bekend. Dankzij de inzet van diverse partijen kwamen deze resultaten tot stand. Het onderzoek is uitgevoerd in nauwe samenwerking met TNO, LUMC, het AMK en de Inspectie voor de Gezondheidszorg. Mede naar aanleiding van een kamermotie van de VVD is nu al besloten dat alle ziekenhuizen, huisartsenposten en ambulancediensten verplicht worden met een kindcheck te werken.
Landelijke verspreiding protocol
Om de landelijke verspreiding van het protocol te stimuleren, lanceert het MCH de website www.oudermeldingen.nl. Na een nulmeting kunnen de ziekenhuizen en AMK’s op deze site alle informatie vinden die voor een succesvolle implementatie nodig is. Op basis van deze nulmeting krijgen de ziekenhuizen ook een kleurcode die hen laat zien in hoeverre zij op de goede weg zijn. Vooralsnog zijn de eventuele slechte scores alleen voor het eigen ziekenhuis zichtbaar, om ‘naming & shaming’ te voorkomen.
Blij met hulp
Zeker dit laatste wil ik onderstrepen. Helaas gaat het onderwerp kindermishandeling vaak met verwijten en schaamte gepaard, waardoor een effectieve aanpak belemmerd wordt. Ook ouders zelf worstelen vaak met gevoelens van schuld en schaamte. Vandaar dat ik nog één conclusie van dit project onder uw aandacht breng: de betreffende ouders bleken er weinig moeite mee te hebben dat hun kind bij het AMK was aangemeld; veel ouders waren zelfs blij met de aandacht voor hun situatie en een concreet aanbod tot hulp.
Henk Smid
Directeur ZonMw