De restitutiepolis moet verdwijnen, de second opinion is ook twijfelachtig en hoe het precies met de declaraties van de behandeling zit mag Joost weten.
De burger krijgt doorlopend te horen dat de kosten in de gezondheidszorg onverantwoord stijgen en pakketverkleining en hogere eigen bijdragen onontkoombaar zijn, maar de burger staat in het zorgstelsel buiten spel. Als het aan de politiek ligt, beperkt de keuzevrijheid van zich binnenkort tot het kiezen van een verzekeraar. Een beetje kort door de bocht gezegd, is de verzekerde in het stelsel een beetje wilsonbekwaam verklaard.
De doolhof die bekostiging heet
In 1974 waren de kosten van de huisarts voor een bevalling thuis 470 gulden (wie wat bewaart, die heeft wat) en voor betaling door de zorgverzekeraar was het fiat van de verzekerde nodig. Ouders van nu hebben geen idee wat een bevalling kost wanneer er een arts aan te pas komt. Van de verzekeraar krijg je alleen een nota wanneer een eigen bijdrage of het eigen risico in het geding is. Wil je als verzekerde achterhalen wat een behandeling heeft gekost, kun je bij je verzekeraar op de website op zoek gaan om vervolgens in de doolhof van codes te verdwalen. In de zorg winden partijen er graag doekjes om, maar Menzis-topman Roger van Boxtel maakte daarop vorige week een uitzondering. Begrijp ik hem goed dan zijn we opgezadeld met een bekostigingssysteem dat bij declaraties misbruik in de hand werkt, dat leidt tot onnodige bureaucratie en dat de rol van verzekerden als kritische zorgconsument onmogelijk maakt.
Keuzevrijheid is kostenopdrijvend
Als het aan de minister ligt wordt de restitutiepolis aan banden gelegd. De bij de invoering van het zorgstelsel gepresenteerde keuzevrijheid van artsen, en daarmee samenhangend de restitutiepolis als alternatief voor de natura-zorgpolis, werkt nadelig voor verzekeraars als zorginkopers, zo is de redenering. De verzekerde die keuzevrijheid wil, drijft de kosten op en dus moet hij daarvoor betalen. Dat is al het geval bij de huidige keuze voor een restitutiepolis, maar als het politiek lukt, wordt die polis naar de aanvullende verzekering verbannen.
Second opinion is luxe
De second opinion dreigt uit de hand te lopen, stelt de Orde van Specialisten. Te vaak blijkt de meerwaarde te bestaan uit een bevestiging van het oordeel van de eerste diagnose. Uiteraard windt de Orde er doekjes om door het voor sommige cliënten wel mogelijk te maken, maar ten principale is de second opinion een luxeartikel en daar hebben we even geen geld voor. Het lijkt erop dat alleen de behandelaar de gelegenheid moet hebben om de zorg zo te plannen dat bij de declaratie het dbc-systeem optimaal wordt uitgeput.
‘We zijn de klant volledig kwijtgeraakt’
De zorgverzekeraar is niet populair. Winsten worden niet gezien als buffers voor mindere tijden en de honorering van bestuurders draagt ook bij aan de gedachte dat de verzekerde er is voor verzekeraar in plaats van andersom. Vier grote verzekeraars –het PvdA-verkiezingsprogramma citerend- hebben 90 procent van de markt in handen en zijn daardoor min of meer regionale monopolisten.
“We zijn de klant volledig kwijtgeraakt” verzuchtte Van Boxtel. De maatregelen die op stapel staan duiden niet op een poging dat te corrigeren. De hoeksteen van het evenwicht in het stelsel tussen verzekerde, verzekeraar en aanbieder is nooit echt verankerd en wordt –als het aan de minister ligt- uit het bouwwerk verwijderd. In de zorg ben je als verzekerde al patiënt.
De kanteling
Is er een weg terug naar het evenwicht in het stelsel? De vraag is niet zozeer of het moeilijk is, maar meer of de wil er is. In de decentralisatie van de langdurige zorg is ‘de kanteling’ geïntroduceerd om de transitie naar nieuwe verhoudingen in het stelsel te duiden. Wellicht is deze term ook te gebruiken als kapstok om de verzekerde in de Zorgverzekeringswet weer wilsbekwaam te maken.
Restitutie boven natura
Dat begint met het kantelen van de restitutie- en naturapolis. Niet de laatstgenoemde, maar de restitutie moet de basis van het systeem worden. En het is aan de zorgverzekeraar om het voor de verzekerde aantrekkelijk te maken te kiezen voor een naturapolis. Dat aantrekkelijk maken kan bestaan uit vermindering van de premie, geen eigen risico, etc. In dit model moet de verzekeraar presteren ten gunste van de verzekerde en is die niet meer de onderhorige van de verzekeraar.
De verzekerde bepaalt wie betaalt
‘Ingewikkelder kunnen we het niet maken’ is uitgangspunt van het huidige systeem van bekostiging. In het declaratiesysteem is niet meer te achterhalen of er sprake is van fraude, misbruik of niet beter weten. En als het al te ontrafelen is, is de kans groot dat de terugvordering niet opweegt tegen de opsporingskosten. Door de verzekerde als enige bevoegd te verklaren een factuur voor geleverde zorg te fiatteren, wordt het systeem vanzelf eenvoudiger, want een verzekerde is niet zo gek om een in vele opzichten onleesbare of onverklaarbare nota voor akkoord door te sturen voor betaling door de verzekeraar. Een dergelijk systeem noodzaakt de stelselbouwers een model te ontwerpen dat de toets der kritiek van de verzekerde kan doorstaan en verzekeraars en aanbieders moeten weer klare zorg leveren en factureren.
Van systemen naar mensen
Zo luidt het motto van de in februari 2013 gepresenteerde beleidsagenda van de bewindspersonen van VWS. Dat motto dekt niet de lading van het beleid, maar wat niet is, kan komen.