Voor ‘de zorg’ is er tot nu toe maar één weg voor verandering. Dat is meer marktwerking. Loek Winter citeert in zijn inaugurele rede minister Schippers: “Innovatieve ondernemers hebben toegang nodig tot de kapitaalmarkt om te kunnen investeren in de zorg en toegevoegde waarde te kunnen leveren. Kapitaal trek je aan met het vooruitzicht van rendement”.
Investeringen door ondernemers
Zorgondernemer Loek Winter stipuleert dat het vooral gaat om waardevermeerdering in de tijd. Bij verkoop heb je als ondernemer pas echt de grote opbrengst. Een sterke nadruk op particulier financieel rendement en vervolgens nog de code Tabaksblad als enige oplossing voor de governance, aldus Winter. De huidige crises confronteren ons echter wel met grote uitwassen van de verschuiving van collectief naar het individuele belang. De grote ik-gerichtheid in ruime zin heeft stevig bijgedragen aan de financieel-economische (en o.a. banken) crises (zie ook “Goed Bestuur in de Egoïsteneconomie”, van Hans Dijkstra). Willen we dat de zorg onder dezelfde regels komt te vallen?
De ‘zorg voor elkaar’ is ontstaan uit particulier initiatief/charitas voor de uitoefening van de collectieve verantwoordelijkheid. Later is deze verantwoordelijkheid via de premieheffingen volledig verstatelijkt. Nu de overheid zich terugtrekt gaat de zorg als vanzelfsprekend naar de markt. Waarom gaat de verantwoordelijkheid voor ‘de zorg’ niet naar de burger? Net als Louis Houwen (inaugurele rede ”Van maatschappelijk belang”) meen ik dat er nog een keuze is tussen markt en burgermaatschappij.
Zelfverantwoordelijkheid
Een claim van de burger op de huidige stichtingen (ze zijn nu van niemand) als ‘burgererfgoed’ lijkt mij voorstelbaar. Van financiële solidariteit via het loonstrookje, naar praktische solidariteit in de uitvoering van verantwoordelijkheden en taken in de samenleving, zoals de organisatie van ‘de zorg’. Helaas hebben wij het maatschappelijk middenveld in de verzorgingsstaat zo goed als afgeschaft en is de overheid weinig transparant over wat er echt op de burger af gaat komen, een paradigmashift van de verzorgingsstaat naar een samenleving waarin zelfverantwoordelijkheid voorop staat. Burgerzin in deze opvatting kent in Nederland kennelijk nog weinig belangenbehartigers.
Maatschappelijke meerwaarde
Primair zouden zorgorganisaties gericht moeten zijn op maatschappelijke meerwaarde, naast financieel rendement voor continuïteit en innovatie. De huidige decentralisatie van 9 miljard naar lokale overheden en daarmee gepaard gaande bezuinigingen, schreeuwt als het ware om partijen die deze verantwoordelijkheid kunnen en willen dragen, en daarbij dan ook qua governance consequenties willen trekken. Dit wil zeggen echte Maatschappelijke Ondernemingen die het eigenaarschap van de burger daarvan tot uitgangspunt van hun governance maken.
Wat is daar voor nodig? (zie ook mijn (toekomstige) artikelen hierover).
Maatschappelijke Ondernemingen
In de eerste plaats het besef bij zorgondernemingen dat zij Maatschappelijke Ondernemingen zijn, die vooral maatschappelijke meerwaarde moeten creëren, naast financieel rendement voor de gemeenschap. Ten tweede een samenhangend pakket spelregels van externe toezichthouders, dat recht doet aan de specifieke positie van de Maatschappelijke Onderneming als aparte rechtsvorm. In de derde plaats, als basis voor governance, maatschappelijk eigendom van deze zorgondernemingen, bij de burgers bijvoorbeeld in de vorm van een vereniging.
Ton van Overbeek
Bestuurvoorzitter van Careyn