De NPCF is niet verbaasd dat de zorgaanbieders de nieuwe wet Cliëntenrechten Zorg niet zo zien zitten, zoals onder andere verwoord door de Brancheorganisaties Zorg (BoZ). Immers, de positie van de cliënt wordt met deze wet versterkt. Dat betekent dan tegelijkertijd meer verplichtingen voor de zorgaanbieders.
Tijdens de hoorzitting in de Tweede Kamer afgelopen vrijdag, waren naast zorgaanbieders ook patiënten- en cliëntenorganisaties aanwezig. Juist zij pleitten allemaal eensgezind voor een snelle behandeling van dit wetsvoorstel door de Tweede Kamer.
Zorg anno ‘nu’
De Wcz gaat uit van de zorg anno ‘nu’. De huidige wetten (waaronder de Wet geneeskundige behandelovereenkomst -Wgbo) stammen uit de jaren ‘90. Maar sinds die tijd zijn er nieuwe inzichten ontstaan hoe de zorg beter ingericht kan worden, er zijn nieuwe zorgvormen, ketenzorg heeft in de zorg een veel nadrukkelijker plek gekregen, zorg wordt door multidisciplinaire teams verricht en bovendien hebben we nu een ander zorgverzekeringsstelsel dan in de jaren ’90.
Beter en gemakkelijker
De rechtspositie van de cliënt wordt beter door de nieuwe wet. Op dit moment maakt het voor de rechten van de cliënt uit of hij in een ziekenhuis behandeld wordt of zorg krijgt in een verpleeghuis. Straks heeft de cliënt overal dezelfde rechten en is de zorgaanbieder verplicht om ervoor te zorgen dat die rechten goed ingevuld worden.
Nieuwe rechten
In de wet zijn zowel oude rechten –inclusief jurisprudentie- en nieuwe rechten gebundeld. Nieuwe rechten zijn bijvoorbeeld het recht op keuze-informatie en recht op informatie over incidenten. Daarnaast krijgt ook het klachtrecht in deze wet een plaats. De cliënt krijgt recht op laagdrempelige opvang en onafhankelijke ondersteuning. Als vervolg hierop kan een onafhankelijke geschillencommissie op een zorgvuldige maar veel snellere manier dan een rechtbank een bindend oordeel geven. Tot slot kan de cliënt straks rechtstreeks een beroep doen op de inspectie, waar nu de IGZ alleen toezichthoudend kan optreden.
Verwarring?
Het argument van de brancheorganisaties dat sommige rechten nu in verschillende wetten terugkomen, wat verwarring zou geven voor de cliënt, gaat niet op. Hoewel de NPCF liever niet de instandhouding van de Wgbo naast de Wcz had gezien, zijn wij ervan overtuigd dat de rechten met de nieuwe wet goed geborgd zijn. De Wgz zegt immers: “Van de bepalingen van deze wet kan niet ten nadele van de cliënt worden afgeweken.” Dus wat ons betreft komt deze wet er nu snel, want dat is in het belang van de cliënt.
Wilna Wind, directeur NPCF