Het politieke debat over het persoonsgebonden budget is voor Prinsjesdag al in volle hevigheid losgebarsten. Wat mij opvalt, is dat de argumentatie over het PGB wel erg kort door de bocht is.
Het zou te populair zijn, daarom te duur. Je betaalt er zorg mee die voorheen gratis was (mantelzorg) en het is fraudegevoelig. Kortom, een hoop geld in een zwart gat met een strijkstok van malafide tussenpersonen. Dat debat moet naar mijn idee anders. En zoals vaker, kijk ik even internationaal, om de vraag voor ons land scherper te krijgen.
Variëteit van constructies
Het PGB is niet iets typisch Nederlands. In bijna alle Europese landen zijn er vormen van persoonsgebonden financiering ofwel cash for care: België, Denemarken, Duitsland, Engeland, Finland, Frankrijk, Ierland, Italië, Luxemburg, Oostenrijk, Polen, Portugal, Slovenië, Spanje, Tsjechië, Zweden, Zwitserland. En dan vergeet ik er ook nog een paar.
Het gaat in die landen om een variëteit van constructies. In de meeste landen gaan de middelen direct naar de cliënt en zijn ze gerelateerd aan de zorgzwaarte. De bedragen variëren enorm: van € 100 tot € 200 per maand tot € 2.500, als vast bedrag afhankelijk van zorgzwaarte of inkomens- of vermogensafhankelijk. De fiscale belasting varieert eveneens sterk.
Goedkoper, efficiënter, beter
Het PGB beoogt vaak een alternatief te bieden voor zorg in een intramurale setting of voor professionele thuiszorg. Cash for care is goedkoper, efficiënter en beter op de vraag afgestemd dan professionele zorg, zo is de veronderstelling. In Nederland lijken we dat anders te zien. Er zijn ook landen waar de middelen een aanvulling op het pensioen zijn (Finland, Noorwegen, Portugal, Slovenië, Slowakije). Het gaat dan eigenlijk om inkomenssteun. Die kunnen mensen inzetten voor zorg, maar ze mogen er ook wat anders mee doen. Het idee van de kinderbijslag, zou je kunnen zeggen.
Sommige landen zetten cash for care in om meer dynamiek in het aanbod krijgen: ze willen nieuwe toetreders. Dat heeft in Duitsland en Engeland zo uitgepakt, maar in Oostenrijk en Italië niet. En er zijn landen die voor PGBs kiezen omdat reguliere professionele zorg ontbreekt en om via familiezorg gaten in het zorgaanbod te compenseren (Italië, Spanje). Ook daarin heeft het politieke debat in Nederland een andere kant kleur.
Waarden
Naast deze min of meer pragmatische of politiek-strategische afwegingen, spelen ook waarden in de samenleving een rol bij de keuze voor de Cash for care vorm. In het ene land zijn familiewaarden belangrijker dan in het andere. De persoonsgebonden financiering wordt dan ingezet om familieleden in de gelegenheid te stellen de zorg te bieden, die ze willen bieden. Zij zouden anders buiten sociale regelingen vallen en in armoede terecht komen (Duitsland, Italië, Ierland, Oostenrijk). In enkele gevallen gaan de middelen direct naar de mantelzorgers (Engeland en Ierland), meestal, echter, naar de cliënt zelf. In dat laatste geval regelt het ene land het ‘netjes’ met contracten en afdracht van belastingen. Maar er zijn ook landen die het open laten. Ze vragen weinig of geen verantwoording (Duitsland, Italië, Oostenrijk, Tsjechië). In Italië en Oostenrijk heeft dat tot een enorm grijs circuit van migranten geleid.
Vouchers
In de Noordelijke landen van Europa zien we relatief weinig Cash for care. Cliënten krijgen daar vooral zorg in natura of de transactie gaat via vouchers. Over beide hebben ze dan veel keuzevrijheid. De Scandinavische landen zijn echter wel aan het opschuiven. Naast het ruimhartige aanbod door (dikwijls) overheidsvoorzieningen, willen zij via nieuwe toetreders nieuw en beter aanbod te ontwikkelen.
Alles kan
Kortom, PGB’s kunnen op allerlei manieren, wat ook maar de uitkomst van het debat is. Gedeeltelijk afschaffen en ombouwen van de huidige regeling in Nederland kan dus ook. Maar de discussie moet wel zuiver worden gevoerd. Het middel PGB moet het doel dienen. Maar wat is ons doel? Goedkoper, verschuiving van uitgaven, meer cliëntgericht, flexibeler, professioneler, zorg in de samenleving bevorderen, familiezorg stimuleren of overnemen, reguliere aanbieders tot innovatie stimuleren, nieuwe toetreders aantrekken, marktwerking bevorderen, gaten in de zorg dichten, armoede voorkomen? Alles kan, en het hoeft niet per se via Cash for care. Maar bij de discussie over het PGB moet het wel gaan over wat we met deze financieringsvorm willen. Het gesprek over het ‘zwarte gat´ dat we moeten dichten, is niet passend. Een beetje beschaafd land heeft een vorm van cash for care. Daar moeten we over spreken zonder dat de discussie uit de bocht vliegt!