Naar aanleiding van het akkoord ter verlaging van de zorgkosten berichtte een krant dat marktwerking in de zorg niet aan de orde is. De NMa blijft marktcriteria toepassen op de zorgsector. Het wordt tijd dat minister en NMa hun visie op de zorg afstemmen, zodat de sector weet waar zij rekening mee moet houden.
Onderdeel van het akkoord is dat `zorgaanbieders en zorgverzekeraars spreiding en specialisatie van ziekenhuisfuncties bewerkstelligen, waar dit uit oogpunt van kwaliteit, doelmatigheid en innovatie wenselijk is´, zoals het persbericht van het ministerie zegt. Kort gezegd: niet meer alle zorg in elk ziekenhuis. Hoe zich dit verhoudt tot de beoordeling door de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) van afspraken tussen ziekenhuizen, zegt de minister er helaas niet bij. Toch heeft de sector hier een serieus probleem.
Probleem
Het akkoord gaat ervan uit dat de uitvoering ervan plaatsvindt door alle partijen, waaronder dus ook ziekenhuizen. De NMa staat echter kritisch tegenover specialisatieafspraken tussen ziekenhuizen. Het uitgangspunt van de Mededingingswet is volgens de NMa dat elk ziekenhuis zelfstandig moet beslissen of een specialisme al dan niet wordt afgestoten en op welke specialismen de focus komt te liggen.
Specialisatieafspraken zijn volgens de NMa alleen toegestaan daar waar ziekenhuizen kunnen onderbouwen welke kwaliteitsvoordelen worden behaald en wanneer voldoende concurrentie resteert. Dit laatste vormt met name buiten de Randstad volgens de NMa een probleem, aangezien ziekenhuizen daar verder uit elkaar liggen en er dus weinig ziekenhuizen binnen een voor de patiënt bereisbaar gebied liggen.
Gevaarlijk vaarwater
Indien ziekenhuizen in het kader van het akkoord met elkaar afspraken maken op het gebied van specialisatie, handelen zij dan ook mogelijk in strijd met de Mededingingswet, met alle consequenties en boetes van dien. Voor zover ziekenhuizen niet door de minister of zorgverzekeraars worden verplicht om specialisatieafspraken te maken, kunnen zij zich voornamelijk door het gebrek aan restconcurrentie in gevaarlijk vaarwater begeven. Een beroep van ziekenhuizen op de uitvoering van het akkoord zal ze tegenover de NMa waarschijnlijk niet baten.
Grotere geografische gebieden
Het probleem kan worden weggenomen als de NMa haar beoordeling van de relevante geografische markten waarop zij mededingingseffecten beoordeelt, nog eens goed onder de loep neemt. De NMa zal er meer rekening mee moeten houden dat patiënten verder moeten reizen. Met andere woorden: de NMa dient om te bepalen of er voldoende concurrentie overblijft wanneer ziekenhuizen specialisatieafspraken maken, uit te gaan van grotere geografische gebieden, dan zij nu nog doet.
Onderlinge afspraken
Ook een ander doel van het akkoord, het afbouwen van overbodig geworden (ziekenhuis)capaciteit , levert een probleem op. Volgens het akkoord nemen de zorgverzekeraars het initiatief tot een herstructureringsfonds, waaruit versnelde afbouw kan worden gecompenseerd. Afspraken tussen concurrenten die betrekking hebben op het verminderen van gezamenlijke capaciteit staan eveneens op gespannen voet met de Mededingingswet. Onder bepaalde voorwaarden kan de NMa akkoord gaan met een plan van een sector om de capaciteit te reduceren (‘crisiskartel’), maar dat betekent wel dat bij onderlinge afspraken tussen ziekenhuizen over het afstoten van capaciteit de NMa moet worden betrokken.
Helderheid
Het akkoord vergroot de bestaande verwarring bij ziekenhuizen. Enerzijds worden zij door de overheid gestimuleerd om zich te specialiseren en zorg te concentreren, terwijl ze anderzijds door diezelfde overheid, de NMa, worden beboet indien zij specialisatieafspraken maken. Of het ministerie van VWS hier bij het aangaan van dit akkoord hier voldoende rekening mee heeft gehouden, valt te betwijfelen. Enige coördinatie tussen de minister en NMa is hier gewenst: de sector dient hier helderheid te worden verschaft over wat prevaleert, zodat zij het straks niet aan de stok krijgt met de NMa.
Cees Dekker en Ekram Belhadj zijn advocaten bij Nysingh en gespecialiseerd in mededinging en zorg.