In het tv-programma ‘Buitenhof’ werd zondag 15 mei de cruciale rol van artsen belicht in het gesprek over de behandelopties in de laatste levensfase van een patiënt. De kunst is er achter te komen wat de optimale behandeling is. Dat is vaak heel iets anders dan een maximale behandeling.
Grenzen aan de zorg
De internisten Levi, Slaets en Westendorp discussierden in Buitenhof over grenzen aan de zorg bij de oudere patiënt. De vraag die voorlag was of artsen niet te lang doorgaan met het behandelen van zieke ouderen. Onder meer gezien de steeds maar stijgende kosten in de zorg. Een complex onderwerp dat op integere en genuanceerde wijze werd benaderd.
Kwaliteit van leven
De belangrijkste boodschap was dat het bij de behandeling van ouderen niet primair moet gaan om verlenging van het leven maar om behoud van de kwaliteit van het leven. Zeker wanneer het gaat om ouderen met meervoudige chronische aandoeningen Daarbij hoort dat een behandeling wordt ingesteld wanneer zinvol, maar wordt nagelaten indien de voordelen beperkt zijn en er een reëel risico is op schade die het welzijn in de laatste fase van het leven kan aantasten. Daarbij hoort ook dat naast aandacht voor de ziekte aandacht wordt besteed aan het functioneren van de patiënt. Terecht werd de cruciale rol van de arts in deze overweging benadrukt. Slaets merkte op dat er in de spreekkamer een heel ander gesprek ontstaat wanneer aan de patiënt de vraag wordt gesteld wat hij of zij in de laatste fase van het leven wil in plaats van dat de patiënt wordt verteld welke behandelingsmogelijkheden er zijn, wat de kansen zijn dat een behandeling aanslaat en wat de risico’s zijn. Niet zelden zal er dan een sfeer ontstaan dat de onvermijdelijke afronding van het leven wordt aanvaard en niet gekozen wordt voor een uitzichtloos en voor de patiënt soms schadelijk behandeltraject. En dat creëert ruimte voor begeleiding en ondersteuning van de zieke in plaats van behandeling van de ziekte.
Ethisch of economisch dilemma
Ik vind het dilemma hoe lang doorgegaan moet worden met de behandeling van ouderen meer een ethisch dan een economisch dilemma. Zeker, de kosten van de zorg nemen toe en het is duidelijk dat de grenzen van de zorg nabij zijn. Aanvaard moet worden dat niet meer alles zal kunnen voor elke patiënt op elk moment. Artsen dienen zich daarvan bewust te zijn en kunnen zich in hun praktijkvoering noch in het publieke debat onttrekken aan hun verantwoordelijkheid in keuzes in de zorg. Maar in de spreekkamer heeft de arts een unieke rol. Daarin staat het belang van de patiënt centraal en een patiënt moet er op kunnen vertrouwen dat de arts haar of zijn belang centraal stelt, ongeacht de kosten en ook ongeacht de leeftijd van de patiënt. De patiënt wil de beste behandeling, en dat wil de arts ook. De kunst is er achter te komen wat de optimale behandeling is. Dat is vaak heel iets anders dan een maximale behandeling.
Ongeschikte richtlijnen
Te vaak nog wordt met de behandeling van ouderen begonnen op basis van richtlijnen en protocollen die gebaseerd zijn op onderzoek bij patiëntgroepen waarvan de oudere is uitgesloten. De oudere is immers zelden geschikt voor deelname aan onderzoek, vanwege chronische verouderingsziekten die de onderzoekresultaten nadelig kunnen beïnvloeden. Juist bij de oudere patiënt moet er een beroep gedaan worden op het gezond verstand en de professionaliteit van de arts. Deze professionaliteit moet zich vooral richten op de zieke en hoe het welzijn kan worden behouden in weerwil van een ziekte. De discussianten in ‘Buitenhof’ brachten deze essentie van ons vak fraai over het voetlicht.
Arie Nieuwenhuijzen Kruseman
voorzitter artsenfederatie KNMG