Onderzoek van de Isala klinieken wijst uit dat meer dan vijftig procent van de mensen die een herseninfarct hebben gehad, pas zes uur nadien (of langer) in het ziekenhuis belandt.
Elke minuut telt
Hierdoor komt het grootste deel van de patiënten niet in aanmerking voor een doeltreffende behandeling van het herseninfarct. Alleen binnen vierenhalf uur na de eerste uitval heeft de behandeling, intraveneuze trombolyse geheten, effect. Hierbij wordt het stolsel in de slagader met een bepaald stofje weggespoten, waardoor de bloedstroom weer op gang komt. Hoe sneller het stolsel wordt opgelost, hoe beter het is. “Naarmate de tijd verstrijkt, ontstaat in de hersenen meer onherstelbare schade. Vandaar dat elke minuut telt,” zegt neuroloog Peter van den Berg tegen De Stentor. Daarom is het van belang dat een beroerte snel wordt herkend.
Meer leed is te voorkomen
Isala klinieken verzamelde gedurende twee jaar gegevens van iedereen die met een herseninfarct op de spoedeisende hulp binnenkwam. In 2007 waren dit 286 mensen en 314 in 2008. Slechts tien procent kwam in aanmerking voor de trombolysebehandeling. “Als meer mensen eerder in het ziekenhuis zouden komen, zouden we dertig tot veertig procent de trombolysebehandeling kunnen geven. Dat is aanzienlijk meer dan nu,” zegt neuroloog Peter van den Berg tegen De Stentor.
