Vier van de tien Somalische of Ethiopische vrouwen die in Nederland bevallen, zijn besneden. Dit blijkt uit navraag van TNO onder verloskundigen. Het aantal ligt lager dan in het land van herkomst, waar negen van de tien vrouwen besneden zijn. Dat schrijft staatssecretaris Jet Bussemaker (VWS) aan de Tweede Kamer.
Bespreekbaar maken van vrouwenbesnijdenis
Om beter zicht te krijgen op vrouwenbesnijdenis, kondigde Bussemaker eerder al aan dat verloskundigen deze vorm van mishandeling gaan vastleggen. Ook krijgen ze les om besnijdenis beter te herkennen en bespreekbaar te maken.
Onderzoek gebaseerd op geheugen
Verloskundigen zagen in 2008 twaalfhonderd vrouwen uit risicolanden als Somalië, Egypte en Ethiopië. Van hen waren er 470 besneden. Volgens cijfers van het CBS zijn in 2008 in Nederland ruim vijftienhonderd vrouwen uit risicolanden bevallen. Het TNO-onderzoek heeft zich beperkt tot de herinnering van ondervraagde verloskundigen, straks gaat deze beroepsgroep het aantal gevallen ook registeren.
Besnijdenis is huiselijk geweld
Bussemaker beschouwt genitale verminking als een vorm van huiselijk geweld en steekt hier jaarlijks maximaal 250 duizend euro extra in. Dat geld gaat voor een deel naar gemeenten. Verder komt er een handreiking voor het voorkomen van dit soort mishandeling. Ook moeten de Steunpunten Huiselijk Geweld beter gaan werken. (ANP)
