Het failliete zorgconcern Meavita wilde middels activiteiten op Bonaire omzetbelasting ontwijken. Hoewel niet strafbaar stak de raad van toezicht een stokje voor deze plannen. Dit bleek vrijdag tijdens de Kamerhoorzitting rond het faillissement van Meavita.
Handigheidje
Het fiscale handigheidje heeft volgens de voorzitter van de raad van commissarissen Loek Hermans nooit een vervolg gekregen. “Toen de raad van commissarissen van de plannen hoorde, hebben we direct gezegd: daar moeten we absoluut niet aan beginnen, dat is niet de weg die de thuiszorg moet gaan.”
Kerstboom
Bestuurder Gerrit-Jan van Otterloo, die na het faillissement eerder dit jaar het roer overnam bij twee voormalige Meavita-werkmaatschappijen, had niettemin scherpe kritiek op de ondoorzichtige financiële wandel van het concern. “Door het gebruik van verschillende administratieve systemen is Meavita vanaf het ontstaan in 2003 nooit in control geweest. Er waren tussen de verschillende onderdelen van het bedrijf grote verschillen in de kwaliteit van de rapportage. Dat maakt het tot op heden onmogelijk om goede kwartaalrapportages uit de organisatie te krijgen.” Ook laakte Van Otterloo “de kerstboom van BV’s en participatiemaatschappijen” die het concern had opgetuigd.
Vraagtekens
Oud-bestuurder Daan van de Meeberg, gesteund door Hermans, bestreed voor de commissie dat de toenmalige top geen zicht op de financiën had. “Op alle momenten hebben we een totaalbeeld gehad.” Om zijn gelijk te staven memoreerde Van de Meeberg de positieve accountantsverklaringen die het bedrijf tot en met 2006 kreeg. Volgens Van Otterloo bewijst dit vooral dat het stempel van goedkeuring van de accountant onvoldoende waarborgen voor goed bestuur biedt. “De ervaringen bij Meavita en Philadelphia zetten steeds meer vraagtekens bij waarde van accountantsverslagen. De accountants worden te veel gestuurd door de bestuurders.”
Onbereikbaar
Kritiek was er op de raad van toezicht vanwege het feit dat ze te weinig oog had voor de belangen van cliënten en medewerkers. “We hebben de raad van toezicht weinig gezien”, aldus Riek van Kampen van de voormalige Centrale Ondernemingsraad. “Ik vond ze ver weg en ook niet zichtbaar. In twee jaar is er een keer contact geweest, terwijl we inzake het TV Foon-dossier graag ons standpunt met de raad van toezicht hadden willen delen.”
Het contact tussen toezichthouders en de centrale cliëntenraad was nog spaarzamer. “De agenda’s van de toezichthouders waren dermate volgeboekt dat een afspraak niet lukte”, vertelde voorzitter Blom-De Kock van Leeuwen. “Daardoor heeft de raad van toezicht de kans gemist om dingen van de werkvloer te horen.”
Niet het juiste moment
Volgens Hermans en Van de Meeberg, bij afwezigheid van oud-bestuursvoorzitter Theo Meuwese de belangrijkste bestuurlijke verantwoordelijken, heeft Meavita ondanks het soms summiere contact met belanghebbenden het cliëntenbelang altijd voor alles geplaatst. Beiden bestreden dat de Meavita-top hoofdzakelijk met externe zaken bezig was en geen oog meer had voor het primaire proces. Als voornaamste oorzaak voor de ondergang wezen zij de snelle opeenvolging van veranderingen i de financiering en regelgeving aan. “Daardoor was het niet het juiste moment om te fuseren”, aldus Hermans. Wel noemde Hermans Meuwese “niet de juiste bestuursvoorzitter”: “Hij wist de partijen niet bij elkaar te houden.”
“Het team dat de fusie moest leiden was te weinig team”, erkende Van de Meeberg. “We hadden niet dezelfde doelstellingen en wilden niet hetzelfde bereiken. Maar een ding weet ik zeker: wanneer we niet gefuseerd waren, waren alle vier de partijen ook in de problemen gekomen.”
Verketterd
Van de Meeberg toonde zich in zijn getuigenis verbitterd over de manier waarop sommige betrokkenen Meavita hebben laten vallen. “Heel veel mensen zijn de afgelopen tijd honderd tachtig graden gedraaid. We zijn destijds plat gebeld om het TV Foon-project te komen uitleggen. De NZa sprak er later schande van maar heeft wel vijf miljoen euro bijgedragen. Het Zorgkantoor betaalde 1,5 miljoen euro e niet omdat het zo’n slecht project was. Nu worden we erom verketterd.”