Huisartsen hebben in de eerste helft van dit jaar opvallend veel meer telefonische consulten gedeclareerd bij zorgverzekeraars dan vorig jaar. Dat heeft een woordvoerder van branchevereniging Zorgverzekeraars Nederland (ZN) dinsdag bevestigd naar aanleiding van een bericht in De Telegraaf.
Agis trok als eerste aan de bel
Zorgverzekeraar Agis meldde afgelopen vrijdag dat het aantal declaraties voor telefonische consults bij haar met dertig procent is gestegen. ZN krijgt signalen dat dit bij andere verzekeraars ook het geval is, aldus de zegsman. Hij noemt de stijging “opmerkelijk”.
Verklaring
Mogelijk heeft de toename te maken met een verandering in de declaratieregels. Voorheen konden huisartsen 4,50 euro declareren voor een herhaalrecept, net zoveel als voor een telefonisch consult. Sinds dit jaar is de vergoeding voor herhaalrecepten opgenomen in het inschrijftarief en kunnen zij geen aparte declaraties meer indienen.
Regels omzeilen
De zorgverzekeraars vermoeden dat sommige huisartsen de regels omzeilen door herhaalrecepten op te voeren als telefonische consults. “Het lijkt erop dat artsen op een andere manier declareren dan is afgesproken”, aldus de woordvoerder. “Maar dat is moeilijk te controleren.”
Telefoontje herhaalrecept wordt consult
Een huisarts kan een telefoontje voor een herhaalrecept immers vrij eenvoudig veranderen in een telefonisch consult. “De vraag ‘hoe gaat het met u’, is snel gesteld”, aldus de zegsman. De zorgverzekeraars overwegen extra te controleren bij de praktijken waar de stijging het grootst is. (ANP)