Artsen moeten leren beter om te gaan met nabestaanden van bijvoorbeeld verkeersslachtoffers. Als zij beter voorbereid met hen in gesprek gaan, neemt de kans toe dat de nabestaanden toestemming geven voor orgaandonatie. Dat blijkt uit onderzoek waarop Remco Coppen, verbonden aan het onderzoeksinstituut voor de gezondheidszorg Nivel, vrijdag promoveert aan de Universiteit van Tilburg.
Wetswijziging orgaandonatie
In Nederland staan ongeveer 1300 mensen op een wachtlijst voor een donororgaan, terwijl er slechts rond de tweehonderd donoren per jaar zijn. Er gaan stemmen op om de wet op de orgaandonatie zo te wijzigen dat iedereen donor is tenzij hij of zij expliciet aangeeft dat niet te willen. Volgens Coppen biedt dat geen oplossing. “In de praktijk hebben nabestaanden vaak het laatste woord, ongeacht het gehanteerde systeem.”
Toestemming orgaandonatie
Waarom veel nabestaanden geen toestemming geven, is niet precies bekend. “Opmerkelijk is dat de Nederlandse bevolking wel positief staat tegenover orgaandonatie, maar dat nabestaanden als het erop aankomt toch vaak een donatieprocedure weigeren”, aldus Coppen. “De gesprekken daarover vinden natuurlijk ook altijd plaats onder hele emotionele en stressvolle omstandigheden.”
Verschil aantal donaties
Daarom is het volgens de onderzoeker belangrijk dat mensen nadenken over de vraag of zij donor willen zijn en daar ook met hun naasten over praten. Maar het is ook belangrijk artsen beter voor te bereiden op het gesprek waarin ze de donatievraag moeten stellen. Uit de verschillen die bestaan in het aantal orgaandonaties tussen vergelijkbare ziekenhuizen, maakt Coppen op dat daar nog winst valt te behalen. Nivel en het Erasmus MC in Rotterdam doen er nader onderzoek naar. (ANP)